31 augustus 2011

Scheef bekeken

.
Iedereen die zaterdag een krant heeft gekocht, kreeg er gratis een bijvoegsel bovenop. Een blinkend magazine met op het voorblad een snotterend kindje dat dikke, viskeuze Photoshoptraantjes schreide. Hartverscheurend wel, maar mij leken die traantjes iets te troebel voor een kind dat er verder kerngezond uitzag. Kennelijk had men er tegenop gezien om enkel voor die ene foto aan het mormel eerst een deugdelijk pak rammel te verkopen. Als mens kun je dan misschien begrip opbrengen, maar gesjoemel met foto’s blijft een laakbare, weze het courante journalistieke praktijk.
.
Binnenin stonden ook veel foto’s, met daartussen de interviews en artikelen. En er was een dubbelinterview: Bart De Wever tegen David Van Reybrouck. Dat gesprek had in een Antwerps café plaatsgevonden maar was bij momenten heel leerzaam.
Zo bleek eruit dat Van Reybrouck niet enkel normale, democratische verkiezingen veracht –dat wisten we al– maar nog veel meer de kiezers zelf. Dat domme vee laat zich voor gelijk welk programma vangen, zegt David, en dat hadden we van hem niet eerder zo duidelijk gehoord:
‘Ach weet je: in wezen is elk politiek discours hetzelfde. Elke politicus kiest een breuklijn, zet die in de verf, en reikt daar oplossingen voor aan. De N-VA profileert zich op de breuklijn Vlamingen-Walen, maar je zou net zo goed een breuklijn tussen –ik zeg maar wat– West-Vlamingen en de rest van Vlaanderen kunnen opkloppen. Je zou een gek spelletje kunnen bedenken, waarbij je de West-Vlamingen probeert te overtuigen om een eigen partij op te richten. De Nieuwe West-Vlaamse Alliantie. Ik ben overtuigd dat je in een jaar tijd minstens 30 procent van hen zo zot krijgt om daar op te stemmen.’
.
Verder ging het gesprek over nationalisme, identiteit enzovoort. David vertelt honderduit hoe hij in Nederlands Limburg, alweer in een café, scheef werd bekeken omdat hij als West-Vlaming geen Limburgs praat. Het chauvinisme dat ginds de kop heeft opgestoken, door die Wilders!
.
Mysterieus is deze opvatting van hem: ‘Wat is het nut van een staat? Het creëert een gevoel van gemeenschap, van lotsverbondenheid.’ Mensen zijn dan bereid, zegt Van Reybrouck, om samen met onbekenden eendrachtig belastingen af te dragen.
Vreemd toch, want velen denken dat het juist in de omgekeerde volgorde gaat: eerst de lotsverbondenheid en dan pas die staat.
.
Zo denkt bijvoorbeeld ook de illusieloze Franse advocaat Jacques Vergès erover, en in 1994 gaf hij dit voorbeeld:
‘Telkens weer als men probeert om een multiculturele, multinationale staat in het leven te roepen, creëert men een explosieve toestand. Neem bijvoorbeeld België, dat een artificiële staat is die in de geschiedenis nooit echt heeft bestaan. Men heeft daar een staat bij elkaar geraapt die Vlamingen, francofonen en Duitsers bijeenbracht. Maar die staat kraakt in al zijn voegen, en je voelt goed dat België veroordeeld is en binnen een halve eeuw niet meer zal bestaan.’
Intelligence avec l’Ennemi
Conversations avec Jean-Louis Remilleux
Éditions Michel Lafon
.
Stukje verschenen in de Knack vandaag

26 augustus 2011

De Tuin van Eden

.
Dit vooravondprogramma van Klara was vandaag aan zijn laatste editie toe, na elf jaar elke weekdag, en tot mijn grote verrassing en onverwacht genoegen hoorde ik de presentator (en tekstschrijver van het programma) Bart Stouten mij een bloemetje werpen. Daar dank ik hem zeer hartelijk voor.
Inderdaad, wat er 'op antenne' te horen is, is onvermijdelijk maar een fractie van wat er voor en na de programma's in de studio wordt verteld.
Thuis Radio luisteren is goed natuurlijk, en het mag aangemoedigd worden ...maar lezers, hoe spijtig ook voor de meesten onder u: .bij de radio werken is nog een stuk beter.


. . . . .

24 augustus 2011

Onder Hakkelaars

.
Verkiezingen organiseren levert zelden of nooit iets nuttigs op. Integendeel, het kan kwaad aanrichten, lazen we woensdag in De Morgen, in een stuk van Marc Hooghe.
.
Lezers van kwaliteitskranten zullen de man zeker kennen want hij schrijft om de drie dagen een stuk. Velen houden hem wellicht voor een journalist van hun blad. Dat klopt niet, maar helemaal ongelijk hebben die lezers ook niet: Hooghe is inderdaad even journalist geweest. Maar nu is hij docent aan de Katholieke Universiteit Leuven. Docent weliswaar in de politicologie, en niet bijvoorbeeld in de filologie, de geneeskunde, natuurkunde, rechten, ingenieurswetenschappen of zo – maar universiteiten zijn daar niet kinderachtig in, en wie lesgeeft aan toekomstige politicologen mag zich ook docent noemen. Geen discriminatie.
.
Wat leert Hooghe zoal aan zijn studenten? Samengevat: hoe de democratie echt werkt in de echte wereld, en hoe zij zou moeten werken in de betere wereld. Bijvoorbeeld leert hij hen dat naar de stembus gaan hetzelfde is als een blanco cheque ondertekenen met een looptijd van vier jaar. Partijprogramma’s worden immers pas na de verkiezingen geschreven, als alles al beslist is. Dat weet Hooghe, maar burgers niet en dus tekenen zij die cheque. Zoiets is onwenselijk en het is tijd, zegt hij, voor een ander soort democratie: de Burgerdemocratie van David Van Reybrouck.
.
Zoals gezegd is Hooghe geen filoloog, en daardoor misschien zal het hem ontgaan zijn dat in het woord democratie ‘demos’ op zich al ‘volk’ betekent, of zelfs ‘burgers’, want dat waren in Athene de enigen met stemrecht. ‘Burgerdemocratie’ betekent dus ‘demodemocratie’, het woord van een hakkelaar.
.
En die filologie nog daargelaten, ook de logica –tak van de wijsbegeerte– kreunt soms onder zijn pen: “De verwachting dat de N-VA zal uitgroeien tot een nieuwe volkspartij is ongegrond. De belangrijkste reden hiervoor is dat de tijd van de massapartijen definitief voorbij is.
Zo'n apodictische uitspraak zou meen ik passender zijn in de faculteit theologie. In de teksten die ze daar bestuderen, wordt geregeld een nieuwe tijd verkondigd.
.
Toen de Harvardprofessor Michael Ignatieff in 2007 met emeritaat ging , zei hij het volgende in The New York Times:
Al heb ikzelf politieke wetenschap gedoceerd, ik moet bekennen dat deze discipline meer belooft dan zij kan leveren. In de praktische politiek bestaat er geen wetenschap van de besluitvorming. Voor een goed oordeel in zulke kwesties, en een gedegen realiteitszin, zul je moeten afgaan op enkele zeer onwetenschappelijke intuïtieve indrukken over mensen.
Hij was niet de eerste met zijn bekentenis. Charles Coulston Gillispie, emeritus van Princeton, had in 2005 in The New York Review of Books al laten weten:
Al zijn de universitaire instituten voor politicologie sinds lang gevestigd, eigenlijk zou het toch beter zijn als wij erkenden dat het concept absurd is.
En Karel van het Reve, die grote man, zei over politicologie, maatschappijkunde en dergelijke: ‘Die vakken hebben niet veel om de hakken’.

Stukje verschenen in de Knack vandaag
.

17 augustus 2011

David Van Reybrouck over zijn G1000 bij Jan Hautekiet

.
Wie gesteld is op woorden als “betrokkenheid”, “input”, “geclusterd”, “in een breder perspectief kaderen”, “communiceren”,  “aftoetsen”, “draagvlak” enzovoort, die komt bij de stilist Van Reybrouck vast niet bedrogen uit. Wie met de laatste twee gemeenplaatsen wenst te volstaan, kan beter beginnen na 4'13":



Hautekiet: ...Ja, maar is het geen teken aan de wand (Jan verwijst David hier naar Daniel *), want jullie hebben die oproep nu al, ja, anderhalve maand geleden gelanceerd?
Van Reybrouck: Ja, er zit een zomer tussen, er zit een 12-12-campagne tussen...
Hautekiet: een teken aan de, ja...
Van Reybrouck: ...en we hebben vooral eerst het idee willen lanceren. We willen aftoetsen: is hier een draagvlak voor? En dat is eigenlijk op heel veel enthousiasme onthaald, en nu zitten we in een volgende fase [&c.&c.].
____________

* Daniel 5:25  Dit nu is het schrift, dat daar getekend is: MENE, MENE, TEKEL, UPHARSIN. 26  Dit is de uitlegging dezer woorden: MENE; God heeft uw koninkrijk geteld, en Hij heeft het voleind. 27  TEKEL; gij zijt in weegschalen gewogen; en gij zijt te licht gevonden. 28  PERES; uw koninkrijk is verdeeld, en het is den Meden en den Perzen gegeven. 
.

De earl van Ieper

.
De Moiren waren drie dochters van Zeus en Themis en omdat zij de levensdraad sponnen, beschikten zij over het lot van landen en mensen, soms zelfs van dieren. Deze schikgodinnen hielden zich bezig met alle aspecten van het leven, de liefde, gezondheid, talenten, voorspoed. Clotho hield het spinrokken vast en zette de draad op, Lachesis spon hem verder en Atropos, onafwendbaar zoals haar naam zegt, knipte hem af.

Homerus kende deze godinnen nog niet, en sprak enkel over het Lot, het Fatum. De duidelijke taakverdeling tussen de drie zusters hebben we van Hesiodos, in zijn Theogonie, regel 217 en volgende. Bij Reclam, Stuttgart, kostte dat tweetalige Grieks-Duitse boekje in 1999 amper 8 mark, 4 euro dus, en binnenkort misschien weer 8 mark, inflatie niet meegerekend.
De Romeinen spraken niet meer van de Moiren of Moerae. Zij hadden de drie Parcen. Andere naam maar de functies bleven dezelfde.

Vandaag hebben we weer andere namen, en ook is de rationele taakverdeling die we bij Grieken en Romeinen vonden verloren gegaan. Van samenwerking is geen sprake meer. Onze schikgodinnen lopen elkaar voor de voeten en doen dubbel of driedubbel werk. Bunzing, Kregelig en Arm-maar-Proper heten ze nu, maar omdat het Engels de plaats van het Latijn en vaak zelfs die van het Nederlands heeft ingenomen zullen de namen Fitch, Moody’s en Standard&Poors u misschien bekender in de oren klinken.
Zoals bij de Grieken, zijn ook deze namen niet toevallig gekozen, en bijvoorbeeld de bunzing kan een geweldige stank afgeven als hij in het nauw gedreven wordt.
Onze schikgodinnen vandaag hebben een core business, zij doen niet aan diversificatie. Liefde en gezondheid laten ze aan anderen over, om zich beter te kunnen concentreren op geld. Meer bepaald op geld dat verschuldigd is.

Maar wat heet schulden? En betekent dat woord hetzelfde als het om individuen gaat of om staten, banken et cetera?
Voor een antwoord op zulke moeilijke vragen kunnen we op economen niet altijd vertrouwen, maar iemand als de dichter Heinrich Heine (1797-1856) wist dat nog ongeveer.
“Schulden,” zei hij “juist zoals vaderlandsliefde, religie, eer enzovoort, behoren weliswaar tot de menselijke prerogatieven –de dieren hebben geen schulden– maar ze zijn ook een geprivilegieerde kwaal voor de mensheid;  en zoals ze de enkeling te gronde kunnen richten, zo bewerken ze ook de ondergang van hele geslachten, en in onze tijden schijnen ze in de nationale tragediën de plaats van het oude Fatum wel in te nemen.”

Bij zijn bezoek aan Engeland zag hij hoe diep dat land in de schuld stak, onder meer door de oorlogen tegen Napoleon. Hij beschreef het treurige lot van de Engelse premiers die als gevolg van “The Debt” ten onder gingen. William Pitt the Younger noemt hij, Charles James Fox, Spencer Perceval, Robert Banks Jenkinson (ook bekend als earl of Liverpool, baron Hawkesbury of Hawkesbury), George Canning. Allemaal gingen zij binnen de kortste keren het hoekje om, of werden gek.
Zover wenst Yves Leterme het niet te laten komen.

Stukje verschenen in de Knack vandaag

14 augustus 2011

Syrië? Economische sancties deze keer !

.
Waarom is in dit geval onze Guy niet voor een militaire interventie? In Libië was dat volgens hem de enige oplossing, en ook riep hij toen dat het zogenaamde Strafhof van den Haag in actie moest komen. Vlak na, of zelfs bijna samen met Daniel Cohn-Bendit riep Guy dat. Maar misschien is die eerste nu met vakantie, en mag Guy niet op eigen houtje tot bombardementen besluiten, en niet eens meer, zoals toen hij nog minister was, tot een aanhoudingsmandaat?
Anderzijds is het wel sympathiek dat Guy–voor iemand van Dendermonde– het Gents zo uitstekend beheerst:

Wel, het eerste wat er zou moeten gebeuren is dat de tweehonderd belangrijkste families waarop het regime stoelt, dat die worden aangepakt, dat die worden aangepakt zowel in ulder banktegoeden, wat vandaag nog altijd niet het geval is voor die tweehonderd families, en ten tweede dat wij ook nen boycot voor de olie-invoer vanuit Syrië, euh, vanuit Europa zouden afkondigen zodoende dat op die manier de financiële middelen van Assad (بشار الأسد) kunnen opdrogen en daadwerkelijk worden aangepakt.




Nu, dat van die tweehonderd familiesstond weken geleden al in alle gazetten, maar Guy zal dat misschien niet gezien hebben. Overigens kun je al honderd jaar lezen dat België, Frankrijk, Engeland &c. door tweehonderd families geregeerd worden. Nooit door honderd families, altijd tweehonderd: een mooie literaire wending.
.

10 augustus 2011

Franse Koppen

.
Een auteur met meer dan vijftig werken achter zijn naam, een paar tientallen bij uitgevers als Gallimard, Fayard enzovoort, en van wie je nog nooit één letter gelezen hebt, wiens naam je niet eens kent: dat is vervelend.

Voor mij was Richard Millet zo iemand. Ter kennismaking bestelde ik dus bij Amazon.fr zijn laatste boek, van mei 2011: Fatigue du sens – essai. Je hebt zo’n boek dan nog dezelfde week, maar je hebt het niet vooraf gezien.

Meteen dan: het is een heel slecht en pretentieus boek. Dat laatste was al aan de titel te merken zal iedereen zeggen, maar met Fransen weet je nooit.

Een essay is het niet, wel een bundel aforismen en korte bespiegelingen rond thema’s als identiteit, taal, cultuur, ‘multicultuur’, ‘diversiteit’. Op zich valabel is dat, en ook de vorm die Millet kiest is geen bezwaar want vóór hem schreef bijvoorbeeld Jean Baudrillard schitterende dingen in dat genre. Maar zoals de goede Gentse burgers vroeger zeiden: Tout le monde n’est pas musicant!

Een goede passage bij Millet vond ik: .Hoeveel mensen vandaag leven niet in een taal die niet de hunne is? Of zij kennen hun eigen taal niet eens meer, of nog niet, en beheersen slecht de meerderheidstaal waar zij zich verplicht van moeten bedienen. Probleem voor de immigranten, en vooral voor hun kinderen. Probleem van de minderheden. […] Hoe word je de nomade en de immigrant, de zigeuner van je eigen taal?

Maar, daar citeerde Millet bijna foutloos uit een beroemd essay van Deleuze en Guattari: Kafka. Pour une littérature mineure, Éditions de Minuit, Paris, 1975, p.35.

Een beroemd citaat geven is één ding, het begrijpen een ander, en op p.88 vertelt Millet ons:

Vroeg een zaterdagochtend rijd ik Brussel binnen langs een voorstad aan de noordkant; het miezert op de hoge, vuile bakstenen muren met hun kleur van ossenbloed. Op de avenue is niemand te bekennen: die is aan de auto overgelaten. Bij een tramhalte een tiental mohammedaansen in abaya en hijab.
Plots ging dit decor van Simenon over in een politieke scene, zal ik nog diezelfde avond zeggen tegen mijn gastheren, en ik durf hen ook te vragen wat zij van de islamisering van Brussel vinden. Zij antwoorden mij dat dit probleem even ernstig is als de manoeuvres die de Vlamingen uithalen om de stad te vernederlandsen. Over zulke problemen spreken wij vrijelijk, terwijl die in Frankrijk onmiddellijk in het register van het racisme bijgeschreven zouden worden, en mij smaad opleveren.

Nu wil ik er een aardig ding op verwedden dat die gastheren een Vlaamse familienaam dragen. En dat zij ‘s avonds de Soir lezen, daar neem ik vergif op.

Heine beschreef in Die romantische Schule (Parijs, 1835) de verwaande en naïeve Millets van zijn tijd:

Vaak komt het mij voor, als waren de koppen van de Fransen, net als hun cafés binnenin louter met spiegels bekleed, zodat elk idee dat hun kop te binnen schiet daar ontelbare malen gereflecteerd wordt: een optische inrichting waardoor zelfs de meest benauwde en schamelste koppen er zeer wijd en stralend voorkomen.

Stukje verschenen in de Knack vandaag
.

8 augustus 2011

Bart Peeters begeeft zich (bijna) op het politieke

.

Radio1, vanmiddag in Touché:

Jan Hautekiet: Bart, genoeg gelachen, 22 juli 2011, het Radionieuws:
(klankfragment Els Leys): Er zijn veel positieve reacties na de eerste echte aanzet tot regeringsonderhandelingen, maar de N-VA is vernietigend.
Jan Hautekiet: Voilà, meer hoeven we niet te zeggen om Bart Peeters die met “Les Belges” in Marokko is gaan spelen, en daar heeft vastgesteld waarschijnlijk wat “Les Belges” in een ver Marokko teweeg kunnen brengen.
Bart Peeters: Je kan daar heel veel warmte loskrijgen door “Les Belges” te heten, en het was onbewust misschien ook wel een statement, van, euh: dat zijn we. Die Marokkaanse organisatoren noemden ons tussen haakjes ook “Les Belges du Sfinx”. Daar sprak niemand over Bart Peeters. Want het is dankzij ons optreden op het Sfinxfestival dat ze zegden, ja doe ons maar die Goran Bregović en die “Les Belges du Sfinx”. Dat “du Sfinx” hebben we eraf gelaten want Egypte is ook al een beladen onderwerp. Maar inderdaad, het vooral niks tegen België hebben, hmmm, daar, dat wil ik toch niet verhullen.
Ik ben spijtig genoeg geen politicus, en ik kan er alleen emotioneel over worden, behalve dat ik de laatste weken zoiets heb van: waarom hoor je nooit, binnen al die antipolitiek, binnen die verrottingspolit… d’er is niks zo gemakkelijk hé, dan niksdoen! Euhm, en mensen die dan toegejuicht worden, en op de eerste pagina van Het Laatste Nieuws worden getoond, omdat ze met hun klein mannen naar Kinepolis zijn gegaan, dat zijn de nieuwe helden hé, maar dat is geen, sorry, maar Bart De Wever dat is géén politiek!
Een oplossing, en nu waag ik mij bijna op het politieke, is: ik zou het leuk vinden om vanuit Boechout, om vanuit Hove, om vanuit Vlaanderen te mogen Niet kiezen voor Didier Reynders, en ik vind dat iemand in Charleroi het recht zou moeten hebben om Niet te kiezen voor Bart De Wever. Dus, die Brussel-Halle-Vilvoorde, splitst dat helemaal niet op! Maak gewoon één grote federale kieskring, en ik denk dat je dan een ander beeld krijgt.
En verder is het zo, dien Deborsu heeft dat uitgerekend, ok, als ge ...der is niks zo flauw dan naar uwe portemonnee kijken. Dat de Vlamingen misschien iéts moeten toeschieten in het portemonneeke, nú, maar tegen dat ons kinderen oud zijn, is het héél goed kans dat ze in hun ouderlingengesticht alweer terug onderhouden worden met Waalse centen.
Want dat is een –dat weet iedereen– de Geschiedenis is een soort op-en neergang. Dus …ik betreur het heel erg. Ik durf het nauwelijks in Holland zeggen van: Euh, binnekort bennekik ook zo ene van “the Former Republic of Macedonia, the Former Yugoslavian Republic of Macedonia”, kortom niemand.
.


...en als je geen (Belgische) nationaliteit hebt, dan ben je niemand.

Wat een verfoeilijk nationalistisch standpunt van Bart !
.

3 augustus 2011

De goudwaarde van Galiani

.
“Een levend kalf is nobeler dan een gouden kalf, maar hoeveel minder betalen we er niet voor?” vroeg in 1582 de econoom Bernardo Davanzati. Hij vroeg ook waarom we dat deden.
Interessante vraag als we vandaag in de kranten lezen dat goud meer dan 36.000 € de kilo kost, Krugerrands en Maple Leafs over de toonbank vliegen, en de euro en dollar op apegapen liggen.
.
Voor een antwoord zouden we ons misschien best richten tot wat de kranten tactvol de “zakenfamilie Hendrickx” noemen, want deze familie wil aan de Staat graag de tegenwaarde van 2778 kilo goud betalen om haar frauduleuze praktijken te laten vergeten, en zo wellicht de nor uit te blijven. Maar niet iedereen heeft connecties in het criminele milieu en wij zullen ons hier tevredenstellen met puur theoretische beschouwingen.
Dat hoeft niemand af te schrikken, want het gaat om heel oude economische geschriften. Die waren even wetenschappelijk als deze van tegenwoordig, maar ze hadden nog het voordeel van de leesbaarheid.


De Napolitaan Ferdinando Galiani kwam hier in februari al ter sprake, toen naar aanleiding van de Frietrevolutie. Twee eeuwen na Davanzati gaf Galiani hem een antwoord. Goud, zei hij, zal zijn waarde altijd ongeveer behouden, niet omdat het in de elektronica een paar toepassingen zal vinden, maar wel hierom:



De passie voor schoonheid bij de vrouwen,
en hoe bijzonder redelijk deze is.
Al zal ook bij mannen de neiging tot uiterlijke schijn ervoor zorgen dat zij belangstelling hebben voor de mooiste en zeldzaamste producten die in de natuur voorkomen, toch zijn het de vrouwen en kleine kinderen die deze zaken boven alles appreciëren, door hun vurige passie om er goed voor te komen. De vrouwen, die de helft van het menselijk geslacht uitmaken en bestemd zijn om geheel of voor het grootste deel in te staan voor de verbreiding van de soort, alsook voor onze opvoeding, kennen geen andere prijs of verdienste dan de liefde die zij bij de man kunnen opwekken. En omdat deze liefde bijna geheel afhankelijk is van hun schoonheid, is het ook hun grootste zorg om er in de ogen van de mannen mooi uit te zien. Dat sieraden daartoe bijdragen is een universeel erkend feit. Bijgevolg, als de waarde van de vrouw uit haar charme voortvloeit, en deze weer uit haar schoonheid, dan zal die waarde toenemen door versierselen. Het is dus meer dan zonneklaar dat de waarde van zulke voorwerpen onvermijdelijk bijzonder groot is in de voorstelling die zij zich ervan maken.
Het opsmukken van de kindjes.
Wat nu de kleintjes betreft, die het voorwerp zijn van de tederste zorg van hun ouders: daar kunnen mannen hun liefdevolle tederheid hen enkel betonen door het object van hun beider liefde mooi en gracieus te maken. En wat zal een man niet allemaal ondernemen om zijn vrouw ter wille te zijn als zij hem aanspoort om zijn kinderen op te smukken? Zo is het gekomen dat men, eerst uit het zand van de rivieren, vervolgens uit de ingewanden van de aarde met grote moeite de mooiste metalen is gaan halen.

De la Monnaie/Della Moneta
Éd. Economica, Parijs, 2005, pp.74-5


Stukje verschenen in de Knack vandaag
.

http://victacausa.blogspot.com/victacausa.blogspot.com5edf7b715d0afaa3d68201fa2d94715a304487db.html