22 november 2008

Vous m’en rendrez raison!

.
Onze tijd erkent geen enkele erecode nog zeg ik, en bij Knack hebben ze hun best gedaan om die stelling te illustreren.
In de enge kring rondom Dirk Draulans zal wel langer al bekend zijn wat voor figuurtje hij is, maar ikzelf –zoals ongetwijfeld anderen buiten die overigens hypothetische kring– ikzelf dus had zijn artikel over Morel-Vanhecke nodig om tot enig inzicht te komen.
Waar is de tijd, zucht ik, dat politici en journalisten nog met elkaar, ofwel onderling in duel gingen als iemand een onvertogen woord had laten vallen ?
Duels zijn wreedaardig zult u zeggen, en naar de gebruiken van vóór de Eerste Wereldoorlog wil niemand terug. Laat ik dit beamen, min of meer, maar zoals het er nu toegaat zijn uitlatingen als die van Draulans te goedkoop. Even duur als een buskaartje in Hasselt.
Dan neig ik in mijn betere momenten liever naar de stelling van een grappig lid van de Facebook-groep Pour la Légalisation du Duel, dat ter rechtvaardiging een mooi rijm schreef: .Le duel c'est bien, ça évite les embrouilles pour rien :)

Om mij beknopt uit te drukken: Vanhecke zou, vanzelfsprekend met alle plichtplegingen, deze Draulans moeten kunnen toeroepen: .Vous m’en rendrez raison!
Na afloop van het duel zou hij dan voor een assisenjury moeten verschijnen, dat wel, maar daar heeft hij minder te vrezen dan voor het Europees Parlement.
Zelfs Jean-Jacques Rousseau vond dat de edicten van Lodewijk de Veertiende, die het duel verboden hadden, tegen het rechtsgevoel ingingen. In zijn Lettre à M. d’Alembert deed hij zijn beklag: “La loi même ne peut obliger personne à se déshonorer. […] les édits ne me laissent le choix que du supplice ou de l’infamie”.
Ik heb die Lettre niet zelf gelezen, maar vond de verwijzing in een recent boek: LA MORT EN FACE: Histoire du duel de la Révolution à nos jours, van François Guillet (Aubier, Collection historique; Flammarion 2008).
In een wereld waar het duel zou zijn toegestaan, of liever gedoogd zoals dat nog in de XIXde E. het geval was, zou een schunnig figuurtje als die Draulans geloof ik twee keer nadenken voor het zijn pennetje in de inkt doopt.
Ik zeg meteen, lezer, dat ik het als mijn burgerplicht beschouw om hier onmiddellijk een uittreksel te geven uit hetzelfde boek (p.90), in de hoop uw begrijpelijke enthousiasme voor het duel weer wat te temperen:


Difficilement perceptible pour le non-initié, la provocation prend des formes particu-lièrement délicates. En 1897 éclate ce que les journaux de cette époque appellent «l’affaire Thomeguex-Pini», qui oppose deux escrimeurs renommés, l’un français, l’autre italien. Le point de départ de l’affaire se situe le 6 mars 1897 quand, en sortant d’un tournoi d’escrime qui se tenait au Cirque d’été, le chevalier Pini effleure la bottine d’Albert Thomeguex. Celui-ci considère que son adversaire lui a marché sciemment sur le pied. Après deux rencontres entre témoins, un premier procès-verbal conclut à l’absence d’offense, mais Thomeguex, manifestement désireux de se mesurer à une illustre figure de l’école italienne d’escrime, refuse de s’en tenir à cette décision et constitue de nouveaux témoins. De cette «controverse des bottines», qui oppose les représentants des deux principales écoles d’escrime, les journaux se livrent à une véritable exégèse : «Le chevalier a-t-il vraiment voulu effleurer de sa bottine la bottine de M. Thomeguex ? écrit Maurice Talmeyr dans Le Figaro. Le chevalier déclarait que non, mais M. Thomeguex maintenait que si, et toute l’Europe a pu savoir qu’on ne s’entendait pas là-dessus. Échanges de témoins, procès-verbaux, arbitrage, sentence d’arbitre, toute la théologie de l’honneur y a passé, et la question a fait plus de bruit, en quatre jours, que les deux cent mille Arméniens écorchés vifs par les Turcs n’en avaient fait en quatre ans.»
Le duel aura lieu le 17 mars, au champ de courses de Saint-Ouen.



Provocaties kunnen bijzonder subtiele vormen aannemen, die voor de niet-ingewijde moeilijk te plaatsen zijn. In 1897 barst, zoals de kranten van die tijd zeggen, de “affaire Thomeguex-Pini” uit, waarin twee befaamde schermers tegenover elkaar staan, de ene een Fransman, de andere Italiaan. Vertrekpunt van de affaire was op 6 maart 1897, toen na afloop van een schermtoernooi gehouden in het Cirque d’été, ridder Pini de rijglaars van Albert Thomeguex lichtjes beroerde. Deze laatste nu was van oordeel dat zijn tegenstander hem bewust op de tenen had getrapt. Na twee ontmoetingen tussen getuigen wordt bij een eerste proces-verbaal besloten tot de afwezigheid van belediging, maar Thomeguex is klaarblijkelijk op een krachtmeting met een illustere vertegenwoordiger van de Italiaanse schermschool gebrand, weigert zich aan deze conclusie te houden, en stelt nieuwe getuigen aan.
In dit “laarzendispuut”, dat de vertegenwoordigers van de twee voornaamste schermscholen tegenover elkaar stelt, geven de kranten zich over aan een ware exegese: “Had de ridder werkelijk de intentie om met zijn laars de laars van M. Thomeguex te beroeren? schrijft* Maurice Talmeyr in Le Figaro. De ridder zelf verklaarde van niet, maar M. Thomeguex hield vol van wel, en heel Europa heeft kunnen zien dat hier geen overeenstemming werd bereikt. Woordenwisselingen tussen getuigen, processen-verbaal, arbitrage, arbitrale beslissing, heel de theologie van de eer kwam erbij kijken, en de zaak maakte op vier dagen tijd meer ophef dan de tweehonderd duizend Armeniërs hadden gedaan, die in vier jaar tijd door de Turken levend zijn gevild.
Het duel zal plaatshebben de 17de maart, op de renbaan van Saint-Ouen.
____________________________

* Le Figaro, 18 maart 1897. Grappig artikel ook in The New York Times van 4 april 1897.
.

20 november 2008

Mark Grammens over De Gucht

.
In zijn jongste Journaal (20 november) vertelt Mark Grammens (linkse flamingant zoals we weten) een paar hartige waarheden over De Gucht. Ook over Leterme trouwens.
Beiden zijn leugenaars, het is eenmaal niet anders, faut faire avec.
De laatste is dat volgens Neelie Kroes (die meer dan enkel de schijn mee heeft bij haar bewering), en eerstgenoemde volgens VanderKelenDesmetVandermeersch, zoals hieronder zal blijken, want ik geef het slot van Grammens zijn artikel, op p.4195.
Grammens wil niets weten van het www (en overigens ook niet van de voorkeurspelling), maar een klein citaat mag wel, veronderstel ik.


[...] Maar er is vooral dit. In juni 2005 liet Karel de Gucht zich in een interview zeer laatdunkend, zelfs ronduit beledigend, uit over de Nederlandse premier Balkenende. .Zoiets doet een minister van Buitenlandse Zaken niet, en De Gucht bevond zich daardoor in een zeer lastig parket. Toen heeft hij drie keren flagrant gelogen door te beweren dat hij verkeerd geciteerd was, totdat de bandopname van het interview openbaar werd gemaakt.. Dit was toen de reaktie van Luc van der Kelen: ."terugkrabbelen en de journalist proberen onderuit te halen, met keiharde leugens, is van het meest laaghartige menselijke gedrag" (in Het Laatste Nieuws, 6.6.05). ."Mijn konklusie: De Gucht is niet geschikt voor de politiek" (in Humo, 21.6.08). ."Drie keren heeft minister Karel de Gucht geprobeerd zich uit de problemen te liegen, die hij zelf veroorzaakt had met beledigende uitspraken over Balkenende" (in Het Laatste Nieuws, 6.6.05). .In De Morgen (9.6.05) werd toen door partijgenoten van De Gucht gesteld dat "een minister die manifest loog, zoals De Gucht in dit dossier herhaaldelijk deed, zonder meer moet opstappen", en werd het betreurd dat de partijleiding van de VLD De Gucht bleef steunen.
We rakelen dit op om eraan te herinneren dat de waarheidsgetrouwheid van De Gucht sterk gerelativeerd dient te worden, maar als dit zo is, wat is zijn ontkenning van misbruik van voorkennis bij de verkoop van aandelen van Fortis dan nog waard? ."De kans dat een liberaal kopstuk gedwongen wordt tot ontslag blijft zeer klein.. Maar de imagoschade valt stilaan niet meer in te schatten" (De Morgen, 5.11.08). .Drie jaar geleden schreef men hetzelfde: de leugens die De Gucht verteld had, aldus toen De Morgen (11.6.05), ."stralen natuurlijk ook af op de partij".
En vandaag: bij hem (en Dewael) ."lijkt het begrip politieke hygiëne onbestaande" (De Standaard, 0.11.08).
Intussen blijft de VLD hardnekkig de lof zingen van haar eigen ministeriële voortreffelijkheid. Immers, als zij het niet doet, wie zou het dan nog doen?


Dat De Gucht een leugenaar is, tot driemaal toe, daar bestaat dus geen twijfel over. Maar hoe vaak de haan eerst moet kraaien, daarover vrees ik zullen we nooit zekerheid hebben – hoe eensgezind onze eigen drie Evangelisten Lukas, Yvo en Petrus ook zijnwant wij weten uit oudere teksten:

Mattheus 26:34 Jezus zeide tot hem: Voorwaar, Ik zeg u, dat gij in dezen zelfden nacht, eer de haan gekraaid zal hebben, Mij driemaal zult verloochenen.
Markus 14:30 En Jezus zeide tot hem: Voorwaar, Ik zeg u, dat heden in dezen nacht, eer de haan tweemaal gekraaid zal hebben, gij Mij driemaal zult verloochenen.
Lukas 22:34 Maar Hij zeide: Ik zeg u, Petrus, de haan zal heden niet kraaien, eer gij driemaal zult verloochend hebben, dat gij Mij kent.
Johannes 13:38 Jezus antwoordde hem: Zult gij uw leven voor Mij zetten? Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: De haan zal niet kraaien, totdat gij Mij driemaal verloochend zult hebben.

.

19 november 2008

Oude beroepen in hun bestaan bedreigd

.
Elk nadeel heb zijn voordeel zei Cruijff, en wat aan de bankencrisis iedereen moet bevallen is het grote aantal protserige figuren dat op slag niets meer voorstelt. Plezieriger nog daarbij is, dat niet alleen die figuren maar ook hun functies en titels mee de lucht ingingen. Eigennamen geven hoeft hier niet, dat zou de zaak maar verengen.
Vandaag schiet iedereen al in de lach bij het horen van soortnamen als manager, beheerder, voorzitter, CEO, consultant, expert, communicatiespecialist, accountant, beursanalist, beurswaakhond, beursjournalist.
Die situatie is niet nieuw. Vroeger al raakten beroepen als chirurgijn, barbier, wonderdokter, exorcist, tandentrekker of waarzegger hun uitstraling kwijt. Wij weten nu: onder dezen zaten inderdaad nogal wat charlatans en oplichters. Al bij onze vaderen moet dit besef allengs zijn doorgedrongen. Hun verworven inzichten hebben aan die beroepsgroepen als geheel toen veel schade toegebracht, en het makkelijke geld werd hen niet meer toegegooid.

De verstandigsten onder deze professionelen zagen hoe laat het was, kozen een ander werkterrein en werden dan maar manager, consultant of iets dergelijks.
Echte stielen vermeden zij over het algemeen en dat is begrijpelijk, want wat zij als clevere kerels beseften was dit: .neem, een grote bank besturen is niet half zo moeilijk als een smakelijk brood bakken of een deftig kostuum naaien.
Het grootste verschil is namelijk altijd geweest dat een bakker of kleermaker die in zijn winkel voortdurend verhalen afstak over diversificatie, overnames, schaalvoordelen of synergie*, zijn laatste klant de deur zag uitgaan nog voor hij het geweer van schouder kon veranderen en een loflied aanheffen op zijn core business.
Bij het grote publiek zijn deze inzichten nu doorgedrongen, en ook zijn er journalisten bij wie iets begint te dagen. Politici blijven voorlopig wat achter lezen we, en in een fout lijstje gisteren in DS stonden Laurette, Joëlle en Patrick vrolijk op kop. Die voeren nogal wát foute lijstjes aan, en dus ook dat van de dure consultancies. Laurette is hier de enige die een goede reden kan aanvoeren: op die manier houdt zij tenminste haar gezinsbudget in evenwicht, en staathuishoudkunde begint thuis zal zij uit haar Xenofoon onthouden hebben.
Maar zoals gezegd, en helaas voor onze deskundigen: bij het publiek lijkt hun lachgas voorlopig uitgewerkt.

______________________

* iemand moet aan managers en journalisten eens duidelijk maken dat het woord synergie, net zoals bijvoorbeeld zand, afval of melk (of het nu moedermelk, koeienmelk, schapenmelk, geitenmelk of paardenmelk betreft), géén meervoud kent.

.

9 november 2008

Cursus formele logica

.
Wat vond u vorige week, beste Standaardlezer, van onderstaande alinea ?

Angst maakt ons defensief en agressief, die agressie wordt als arrogantie aangezien, arrogantie brengt haat voort, haat leidt tot geweld, en geweld maakt ons dan weer angstig. Ik verlang naar iemand die die vicieuze cirkel kan doorprikken.

Dat het gewoonlijk ballonnen zijn die doorgeprikt worden, terwijl cirkels eerder doorbroken of gewoon gebroken worden? Of dat defensief en agressief minstens licht tegenstrijdig zijn?
Kijk, het zal inderdaad waar zijn dat een cirkel doorprikken geen eenvoudige zaak is in onze driedimensionale wereld (er met een tweedimensionale rekenlat doorslaan gaat al een stuk beter), maar wat uw tweede bezwaar betreft moet ik wijzen op de bekende uitdrukking “aanval is de beste verdediging”.
Mijn bewondering wekte in de eerste plaats de ijzeren logica die uit het geheel van de redenering sprak. Vooral de implicatie, en de eigenschap der transitiviteit werden uitstekend geïllustreerd:

(angst)[(verdediging agressie)(agressie arrogantie)](arrogantie)(haat)(geweld)(angst)

Dit kon wel uit een cursus formele logica geplukt zijn. Die van wijlen Leo Apostel bijvoorbeeld, hoewel ook weer niet, want die man zou er ongetwijfeld op hebben gewezen dat in deze cirkel, en net vanwege de genoemde transitiviteit, (angst) bijvoorbeeld ook (geweld) impliceert ethologen kijken hier verbaasd–, wat ons meteen toelaat om dat laatste pijltje om te draaien, net zoals alle pijltjes van richting mogen veranderen, liefst tegelijk dan wel.

Als wij nu deze twee proposities op elkaar leggen, de ene met naar links kijkende en de andere met naar rechts kijkende pijltjes, dan bekomen wij overal dubbele pijltjes "", en logisch staan die gelijk met "=" .
De enige kleine hapering is dat tekentje "", omdat het zij het met enige reserve op zich weer een propositie proposeert. Maar daar kunnen we overheen lezen en zeggen dat al de gebruikte termen au fond hetzelfde betekenen al zullen naast de genoemde gedragskundigen nu ook mensen die Nederlands kennen zich wat gewrongen voelen.
We moeten echter bedenken dat de tekst niet door een logicus is geschreven, maar door een popzangeresje met een diepe stem dat zoals wij lezen ook nog eens in Tennessee woont.

Zeg wat u wilt geëerde lezer, maar die Sarah Bettens mag wat mij betreft met een gerust gemoed postvatten naast een Oscar van den Boogaard, zelfs al steekt Oscar zijn wekelijkse preekjes in De Standaard af met de meer traditionele en aan iedereen vertrouwde falsetstem.

Ja, de Vlaming gaat niet meer naar de Zondagsmis, niet weinigen onder hen wellicht om de preken te vermijden, maar dat heeft hem blijkbaar niet de doordeweekse sermoenen kunnen besparen.
.

5 november 2008

Ter gelegenheid van de Boekenbeurs

.
.
Ik weet niet of er op de Boekenbeurs, die ik helaas nog nooit bezocht heb –ik kan er dus weinig over zeggen– ook een Ars Poetica te koop is. Waarschijnlijk wel, want bijvoorbeeld Aristoteles en Horatius schreven er elk een. Huysentruyt of Lanoye of Verhulst misschien ook, maar die zijn mij onbekend. In ieder geval, er bestaan er honderden, meestal dikke turven. Mocht u naar zo'n Ars Poetica op zoek zijn geweest, of liever een korte hebben: hier is er eentje.


Raad aan de jonge dichter

Dooie dichters willen wij,
Verorberd door de wormen.
Woorden, netjes in de rij,
Niks geen nieuwe vormen.

En wat de thema’s nu betreft:
Nergens gevoelens bezingen,
Of freudiaanse dingen!
Ik hoop dat je dit goed beseft.

Wél kan een leerdicht natuurlijk,
Ook een klucht rond De Gucht,
Of een haal naar Dewael,
Gepaard gaand met wat vuurwerk.

Haiku’s zijn compleet harám,
Ghazeltjes mogen weer wél –
Eén van rijm, perfect van tel.
Blanke verzen klinken lam.

Vergeet bijgot filosofie,
Diepe gedachten zijn een kwaal.
Het enige dat telt is taal:
Je komt in mijn chrestomathie.


.
.

2 november 2008

Nomen est omen

.
Is het acceptabel –moreel, intellectueel of anderszins– om iemand te verachten enkel op basis van zijn voornaam? iemand die je verder van haar noch pluimen kent?
Wellicht niet, en toch word ik mijn verachting voor Tommy Thijs van De Kwaliteitstabloid slechts met grote moeite de baas. Die jongen werd door zijn ouders genoemd naar een pistoolmitrailleur, en niemand zal Tommy dit kruis benijden dat hem voor zijn verdere levensweg op de schouders werd gedrukt door die ongetwijfeld brave mensen.

Maar, deze Tommy ondertekende wél een bijzonder laf stukje, vrijdag in de rubriek “Kreten en Gefluister”, met als titel “Geschonden”. Hij deed dat natuurlijk niet op eigen houtje (Vlaamse journalisten hebben geen eigen houtje) maar in zijn opdracht als sluipschutter, hired gun als u wilt, of hit man.
Guy Tegenbos
ondertekende overigens mee, en die mag als verstandige volwassene –bij momenten toch– meer nog dan Tommy zich schamen, want hij had wellicht het commando bij de opdracht. Laten wij echter aannemen dat Guy geregeld stukken ondertekent die hij niet gelezen heeft, en waar hij dus geen verantwoordelijkheid voor kan dragen – of toch niet in de moderne opvatting, zoals die verdedigd wordt door bijvoorbeeld Zijne Excellentie Patrick Dewael.

Het onderwerp in “Kreten en Gefluister” was een futiliteit, zoals dat in die rubriek de regel is, daar dient ze voor, en elders in de krant werd de kwestie geen woord waardig geacht. De Standaard was hier natuurlijk geheel in lijn met alle andere Vlaamse media, en banaliseerde het zaakje zoveel als mogelijk. Dat was mooi, maar toch nogal opvallend afgesproken tussen al die onderling inwisselbare hoofdredacties.
En ja, wat betekent tenslotte de opheffing van de parlementaire onschendbaarheid van een Vertegenwoordiger des Volks? Niets toch?

Geschonden

Wie misschien straks een facelift kan gebruiken, is Frank Vanhecke. Hij schond zijn aangezicht. Het Europees Parlementslid van Vlaams Belang verliest wellicht zijn parlementaire onschendbaarheid. De juridische commissie van dat parlement beveelt dat aan omdat een rechtbank hem wil vervolgen: een lokaal partijblad waarvan hij verantwoordelijke uitgever was, schoof vandalenstreken onterecht in de schoenen van allochtonen.
De manier waarop broodschrijver Tommy hier speels en achteloos voorbijgaat aan de Grondwet (getrapte verantwoordelijkheid), aan zijn eigen plicht tot feitelijke en volledige voorlichting ("een rechtbank", sukkel!), aan alles wat een journalist zou moeten zijn en doen ...klasseert hem.
Mag ik die eerloze maar even brave Tommy, die wellicht zelfs zich van geen kwaad bewust is en gewoon doet wat hem wordt opgedragen, hier herinneren aan wat de grote Karel van het Reve vond van een Eénheidspers?

Zolang er geen dissidente geschriften bestaan kan de censuur er in slagen in kranten en tijdschriften een beeld van het eigen land te handhaven dat slechts weinig overeenkomst vertoont met de werkelijkheid, en zijn veel publicisten zich er nauwelijks van bewust hoe schaamteloos zij liegen. Zodra naast de officiële, gecensureerde pers een vrij veel gelezen vrije pers bestaat wordt het liegen en verzwijgen moeilijker.

Karel van het Reve
Geschiedenis van de Russische Literatuur
Van Vladimir de Heilige tot Anton Tsjechov
G.A. van Oorschot, 1985 (2002), p. 246

(Vetjes van mij)


Hier op Vlaamse journalisten rekenen zou belachelijk zijn. Die hebben zelfs geen censuur nodig. Wat zijzelf doen, doen ze beter.
Ik maak mij sterk dat bloggers de énigen zijn die voor die verlossende dissidente geschriften kunnen zorgen – tenminste op voorwaarde, zoals KvhR opmerkt, dat zij voldoende gelezen worden, wat zeker nog niet het geval is, ook al gaan de slavenmedia gelukkig sterk achteruit, zoals nu weer blijkt uit het feit dat bijvoorbeeld De Morgen zich nog slechts de Tweede Krant van Kobbegem mag noemen.
.

http://victacausa.blogspot.com/victacausa.blogspot.com5edf7b715d0afaa3d68201fa2d94715a304487db.html