29 juni 2022

Een bange man 'van kleur'?

 

“Segregatie in actie, uitgevoerd door ouders die alleen maar het beste willen voor hun kinderen,” schrijft Heleen Debruyne in Humo, onder de titel “Bange witte ouders”.

Ze gebruikt daarbij, onbewust wellicht, de woorden van Femke Halsema (de groenlinkse burgemeester van Amsterdam die haar kinderen naar een ‘witte’ school stuurde): “Je wil toch het beste voor je kind!”

Zo denkt ook Pap Ndiaye, de Franse minister van onderwijs in de regering Borne, die zijn kinderen naar de École alsacienne stuurde, een pure en dure eliteschool in Parijs (l’entrée y est sélective: je komt er niet zomaar in).


17 juni 2022

Over een vergeten gerecht

Luther, en na hem Heine, hebben aan de bokking aandacht besteed. Daarop werd hier al gewezen. En ook de stokoude koningin van Engeland misprijst die spijs niet, zoals hier weer bleek. Maar de grootste, uitzinnigste, grappigste lofzang die ik las komt toch van Joris-Karl Huysmans die in 1874 een poème en prose het licht gaf, met als titel Le Hareng saur. Of ik zijn gerookte haring aannemelijk heb vertaald zult u beoordelen:

De bokking

Je jurk, o haring, laat het palet van zonsondergangen zien, de patina van oud koper, de gepolijste, bruingouden tonen van corduaan, de sandelhout- en saffraantinten van herfstgebladerte!

Je hoofd, o haring, schittert als een gouden helm en je ogen lijken wel zwarte spijkers, in koperen hoepels gedreven!

Afwisselend temperen en verlichten alle droevige en sombere nuances, alle stralende en vrolijke tinten je schubbenjurk.

Naast het bitumen, de landen van Judea en Cassel, de verbrande schaduwen en groene tonen van Scheele, de bruine van Van Dyck en de Florentijnse bronzen, de tinten van roest en dode bladeren, glanzen in al hun schittering het groenachtige goud, ambergeel, koningsgeel, het gelige rood van oker, chroom, van maartse appelsienen!

O glinsterend-grauwe bewalmde, als ik me in je maliënkolder verdiep, denk ik aan Rembrandts doeken, zie ik weer zijn prachtige koppen, zijn zonbeschenen lijven, zijn fonkelende juwelen op zwart fluweel; zie ik weer zijn stralen van licht in de nacht, zijn slingers van goudstof in de schaduw, zijn zonnen, opkomend onder zwarte bogen!

Le hareng saur

Ta robe, ô hareng, c'est la palette des soleils couchants, la patine du vieux cuivre, le ton d'or bruni des cuirs de Cordoue, les teintes de santal et de safran des feuillages d'automne!

Ta tête, ô hareng, flamboie comme un casque d'or, et l'on dirait de tes yeux des clous noirs plantés dans des cercles de cuivre!

Toutes les nuances tristes et mornes, toutes les nuances rayonnantes et gaies amortissent et illuminent tour à tour ta robe d'écailles.

A côté des bitumes, des terres de Judée et de Cassel, des ombres brûlées et des verts de Scheele, des bruns Van Dyck et des bronzes florentins, des teintes de rouille et de feuille morte, resplendissent, de tout leur éclat, les ors verdis, les ambres jaunes, les orpins, les ocres de rhu,* les chromes, les oranges de mars!

Ô miroitant et terne enfumé, quand je contemple ta cotte de mailles, je pense aux tableaux de Rembrandt, je revois ses têtes superbes, ses chairs ensoleillées, ses scintillements de bijoux sur le velours noir ; je revois ses jets de lumière dans la nuit, ses traînées de poudre d'or dans l'ombre, ses éclosions de soleils sous les noirs arceaux!


Joris-Karl Huysmans (1848-1907)
Le Drageoir aux épices
Édition de Jean-Pierre Bertrand
Gallimard 2019
_________

* L'ocre de ru ou de rue: produit que l'on trouve dans les ruisseaux formés par les eaux de lavage des minerais de fer aux environs des mines de fer.

16 juni 2022

Geen ludiek onderwerp

Een kwestie die we hier ongaarne behandelen is die van het onderwijs dat achteruitboert. Laten we voor het gemak aannemen dat het kennisniveau van de leerlingen weliswaar zakt, maar dan toch eerder in het Franstalige landsdeel, en in het moederland Frankrijk zelf. En dan mogen ook wij Vlamingen de lat elk jaar een paar centimeter lager leggen: ze ligt nog altijd behoorlijk hoog (hoor je soms, hangt een beetje van je bronnen af).

In Frankrijk kent men nationale examens. Het baccalaureaat, kortweg le bac is er zo een en tot voor dertig-veertig jaar stelde het nog iets voor. Je moest bijvoorbeeld een dissertation over een gegeven onderwerp kunnen schrijven. Nu vraagt men dat niet meer, maar een opstelletje van veertig regels nog wel.

Dit jaar was het: Le jeu est-il toujours ludique? Een vraag als een andere en alvast grootmeester Jan-Hein Donner, die na een verloren partij wel eens de aandrang voelde om zich bij wijze van kastijding het mannelijk lid uit te rukken, had deze vraag zeker negatief beantwoord.

Helaas kwamen vele Franse leerlingetjes niet tot zulke diepzinnige overwegingen, want wat lezen we? Face au mot «ludique», de nombreux lycéens qui passaient ce mardi leur épreuve du bac de Français sont restés pantois.

Ja, er zijn soms redenen om zorgelijk te kijken.


6 juni 2022

De laatste woorden van Willem van Oranje

Een mooie beschouwing van Karel van het Reve:




http://victacausa.blogspot.com/victacausa.blogspot.com5edf7b715d0afaa3d68201fa2d94715a304487db.html