31 oktober 2023

Emmanuel Macron en Giacomo Casanova


Bij de inhuldiging van La Cité internationale de la langue française, hield Emmanuel Macron een indrukwekkende toespraak van een uur. Het was een lofzang op de Franse taal, die de Franse natie vorm had gegeven. Het woord grandeur viel natuurlijk. Dat de taalkundige eenmaking van Frankrijk onder dwang gebeurde Vlamingen en vele andere ‘Franse’ minderheden weten dit liet hij niet onvermeld, wat een verdienste mag heten.

Over de normerende rol van de Académie française zei hij impliciet dat de onsterfelijken, les immortels, enige soepelheid moesten betrachten. Leenwoorden konden wel liet hij verstaan.

In niet mis te verstane bewoordingen viel hij de écriture inclusive aan, de kunsttaal en -schrijfwijze die genderdiscriminatie wil uitsluiten. Macron kreeg luid applaus nog voor hij zijn zin kon afmaken:*


Over een paar maanden, als de nieuwe editie van de Académie Française uitkomt, zal het een plechtig en belangrijk moment zijn, want het is een moment van erkenning van woorden die in onze taal aanwezig zijn, en het is de voortzetting van de kracht van onze natie. En daarom moeten we deze taal verder laten leven, inspiratie putten uit anderen, woorden stelen, ook van het andere eind van de wereld en – ik kom hier nog op terug – blijven uitvinden. Maar evenzeer moet men de fundamenten van de taal behouden, de sokkel van de grammatica, de kracht van de syntaxis, en niet toegeven aan de grillen van deze tijd. In onze taal is de mannelijke vorm tegelijk de onzijdige. Wat we middenin woorden kunnen missen, zijn puntjes, of streepjes, of nog andere zaken om dit zichtbaar te maken.



In zijn tijd wist de zelfbewuste Giacomo Casanova ook een en ander over de Académie (niet over de écriture inclusive natuurlijk). Hij beschouwde dat instituut als een rem op de taalontwikkeling, rem die het Italiaans niet kende. Misschien inspireerde Casanova wel Macrons tekstschrijver?

[...] nous traitons les matières beaucoup plus éloquemment que les Français, ayant à notre choix une quantité de synonymes; tandis que difficilement on en trouverait une douzaine dans la langue de Voltaire, qui riait de ceux entre ses compatriotes qui disaient qu'il n'était pas vrai que la langue française fût pauvre puisqu'elle avait tous les mots qui lui étaient nécessaires. Celui qui n'a que ce qui lui est nécessaire est pauvre; et l'obstination de l'Académie française à ne point vouloir adopter des mots étrangers ne démontre autre chose, sinon que l'orgueil va avec la pauvreté. Nous poursuivons à prendre des langues étrangères tous les mots qui nous plaisent; nous aimons à devenir toujours plus riches; nous trouvons même du plaisir à voler le pauvre: c'est le caractère du riche.

 [...] onze verhandelingen zijn mooier gestileerd dan die van de Fransen, omdat wij uit een groot aantal synoniemen kunnen kiezen. Het zou moeilijk zijn er een dozijn te vinden in de taal van Voltaire, die zich vrolijk maakte om diegenen onder zijn landgenoten die beweren dat het niet juist is te stellen dat de Franse taal arm is, omdat zij alle woorden bezit die zij nodig heeft. Wie alleen bezit wat hij nodig heeft, is arm, en de hardnekkigheid waarmee de Académie française weigert uitheemse woorden over te nemen toont alleen maar aan dat trots en armoede samengaan. Wij gaan ermee door uit vreemde talen alle woorden over te nemen die ons aanstaan. Wij houden ervan steeds rijker te worden en hebben er zelfs plezier in van de armen te stelen: dat is de rijken nu eenmaal eigen.

Jacques Casanova de Seingalt
Histoire de ma vie
suivie de textes inédits
Volume 11 – Chapitre VII
Édition présentée et établie par Francis Lacassin
Éditions Robert Laffont, 1993, 2002, pp. 763-4

vertaling van Theo Kars
Het verhaal van mijn leven
Amsterdam, 1991, 2017, Uitgeverij Van Oorschot
_____________
* De Groene Sandrine Rousseau reageerde vanzelfsprekend onmiddellijk: 'Le masculin n'a rien de neutre', er is niets neutraals aan de mannelijke vorm.

29 oktober 2023

Mag er op straat, coram publico, gewaterd worden?

Intussen zijn weer andere dingen aan de orde, ontegenzeggelijk belangrijkere zaken, maar in een beschouwende, bespiegelende blog blijft de vraag legitiem: ‘Kunnen wij het velen dat politici op straat pissen of luchtgitaar spelen?’

Velen hebben zich geruime tijd met deze vraag beziggehouden, politici en journalisten, en haar negatief beantwoord. Soms deden ze dat streng, soms schouderophalend, maar wie over deze kwestie een heel duidelijke mening had, was onze vorstin Maria-Theresia van Oostenrijk.
In haar diensten werkten kuisheidsambtenaren, commissaires de chasteté, die vermetelheden van die aard streng beteugelden.

Jacques Casanova de Seingalt, in zijn Histoire de ma Vie, volume 3, hoofdstuk XII, deed hierover zijn beklag, en Theo Kars vertaalde dit zo:

Wenen was zo vergeven van dit gespuis dat een man die de aandrang voelde te wateren, nauwelijks een plaats kon vinden waar niemand hem zou kunnen zien. Ik was op een dag erg verbaasd toen ik werd onderbroken door een schoelje met een ronde pruik, die dreigde mij te arresteren als ik mijn handeling niet ergens anders zou voltooien.
–‘Zou u zo vriendelijk willen zijn mij te zeggen waarom?’
–‘Omdat links van u een vrouw bij het raam staat die u kan zien.’
Ik keek, en zag inderdaad op de vierde verdieping van een huis het gezicht van een vrouw die met behulp van een toneelkijker zou hebben kunnen zien of ik jood of christen was. Ik gehoorzaamde, lachend om dit voorval, dat ik aan iedereen vertelde. Niemand vond het echter ongewoon.

Vanzelfsprekend werden ook de meisjes scherp in de gaten gehouden: meisjes die van hun charmes leefden werden aangehouden, en twee keer per jaar, in mei en oktober, deporteerde men hen naar een kamp in Temesvár (het huidige Timisoara).

Kortom, alle meisjes die in Wenen op straat liepen, waren gedwongen een rozenkrans in de hand te houden. Zij konden dan niet direct worden gearresteerd, want zij zeiden dat zij naar de kerk gingen, en Maria Theresia zou dan de commissaris hebben laten ophangen.


Jacques Casanova de Seingalt
Histoire de ma vie
suivie de textes inédits
Volume 3 – Chapitre XII
Édition présentée et établie par Francis Lacassin
Éditions Robert Laffont, 1993, 2002

Het verhaal van mijn leven
Amsterdam, 1991, 2017, Uitgeverij Van Oorschot

24 oktober 2023

Joël hoort bij de preciezen, niet bij de rekkelijken

 

Wie vragen zou hebben bij de representativiteit van de Vivaldiploeg in Vlaanderen, kan in zijn naïviteit de verkiezingsuitslag van 2019 erbij halen. Hij ziet dan dat twee van de acht ministers samen 91.221 stemmen behaalden (ik reken de Brusselse stemmen voor Écolo nu even bij Vlaanderen als iedereen dat goed vindt). 

Dat aantal kan henzelf véél, en anderen weer weinig lijken, maar net als wij moeten zij afwachten of bij een volgende verkiezing het een even mooi resultaat wordt.


A. De Croo

V. Van Peteghem

F. Vandenbroucke

P. De Sutter

P. Van Tigchelt

A. Verlinden

C. Gennez

T. Vanderstraeten

VLD

CD&V

SPA

Groen

VLD

CD&V

SPA

Écolo

80.283

nul

nul

nul

nul

nul

nul

10.938



Overigens riskeert de onverlaat die zulke vragen stelt de bekende Joël de Ceulaer in het harnas te jagen.* Voor hem is er geen probleem (Joël zwemt in puur legalisme, blijft bij de lettertjes van de wet en andere overwegingen tellen niet) en hij is bereid, lezen we in een tweet van hem, dit aan iedereen, ook aan politicologen eens goed uit te leggen. Zij krijgen zelfs korting op het cursusgeld.

_____________

* Senior writer bij De Morgen – wat die term betekent weet ik niet, en kennelijk bezit het Nederlands geen equivalent.


21 oktober 2023

Geen meel in de mond

In Frankrijk – anders dan hier – lijkt toch iéts in beweging te komen. Hier zie je nog dat veel politici en hun journalisten Mehl im Maule behalten, om met Luther te spreken.

Na de tweede messenmoord van een mohammedaan op een leraar, constateren nu ook de goede media dat ze hun gebruikelijke verhaal over verwarde mannen, jongeren &c. hier en daar wat moeten bijstellen. Hoe ongaarne ze dat ook doen: ze kunnen het niet maken om hun geloofwaardigheid helemáál om te zeep helpen.

De minder goede media hadden al langer de gewoonte om dingen bij hun naam te noemen. Hier analyseert Charlotte d'Ornellas van CNews die twee moorden. Ik vertaal (eerder vrij) een deel van haar commentaar, te beginnen na 48'45" in de uitzending (zie link).


(even Beethoven tussendoor)

Er zijn nogal wat bedenkingen die moeilijk hun weg naar het publieke debat vinden. De voorbije dagen zag je wel twee ministers die schoorvoetend zich in de discussie hebben gemengd: Gérald Darmanin en Gabriel Attal,* maar je voelt dat zij hun gedachte niet consequent doordenken. Waarom niet?

Wel, punt één is overduidelijk de immigratie – een term die Emmanuel Macron niet over zijn lippen kreeg de dag dat hij in Arras** was.

En u zal mij zeggen wat men gewoonlijk zegt: ja, maar het gaat hier om Fransen. In dit geval zit u er niet ver naast, want hij arriveerde hier toen hij vijf was. Blijft wel dat hij geen Fransman is.

Maar per slot van rekening blijft het probleem dan hetzelfde, het wordt zelfs erger. Pardon, maar als ze in Frankrijk geboren zijn, of hier als vijfjarige arriveerden, en ze bestaan het om in een video hun haat tegen Frankrijk uit te spreken en vervolgens een leraar op school te vermoorden – het spijt me, maar dan is ons probleem nog groter dan als ze hier pas twee dagen daarvoor waren aangeland.

Vanzelfsprekend gaat het debat over immigratie. Bij die vaststelling dan zeggen: het zijn Fransen, of ze waren hier al toen ze vijf waren... Geconfronteerd met de huidige situatie moet het eerste debat dat een politicus met verantwoordelijkheidszin hierover aangaat tenminste dit bevatten: ‘Alvast hiermee stoppen.’

Op zijn minst meteen stoppen, en dan bekijken wat we aanvangen met diegenen die nu in het land zijn en hier niet horen te blijven, en met diegenen die er al zijn en waarmee we het moeten stellen. En vervolgens bekijken hoe we die zaken zullen beheren. Maar zo pakt men de kwestie helemaal niet aan.

Het tweede punt is natuurlijk het verwerpen van welke vorm van onderwerping ook [soumission] want die is dodelijk voor wat we zelf zijn. Waarom dit punt? Nogmaals, het is een vicieuze cirkel, maar zo'n aanval raakt ons, en op vele manieren. Alleen voor het terrorisme bang zijn helpt niet. Wat ik bedoel: een terrorist – ik weet niet meer wie dat zei – is onder de islamisten de meest gehaaste. Maar in werkelijkheid kan de verovering de kwestie van de algehele verovering van Frankrijk, want daar is het om te doen – beslecht worden door de demografie, beslecht worden door de moraal, via gerechtelijke vorderingen, door culturele eisen, in dit geval multiculturele eisen, door kledingvereisten ...en sommigen, niet allen maar sommigen die deze eisen onderschrijven, sommigen besluiten dan te moorden. Maar de algehele verovering, de totale verandering van Frankrijk laat zich met duizend middelen bereiken.

o-o-o-o-o

Als ik Gérald Darmanin vandaag hoor zeggen dat Benzema*** '...zoals we allemaal weten, berucht is voor zijn band met de Moslimbroederschap.' Ach, ten eerste, ‘dat weten we allemaal’: ik weet niet waar dat vandaan komt. Nee, ik weet niet waar vandaan want vorig jaar, toen Benzema de Ballon d'Or ontving, liet Emmanuel Macron het niet bij een huldiging van diens voetbalprestaties. Macron prees (ik citeer): 'een model van succes.’

Een model van succes ...als je bedenkt wat voetballers betekenen voor een deel van de Franse jeugd, dan is dat niet niks. Zoiets kun je niet zeggen, en een jaar later het tegenovergestelde beweren.

Overigens wil ik ook graag ingaan op het verhaal rond het Europees Hof voor de Rechten van de Mens dat nu heel wat mensen bezighoudt. Gérald Darmanin zegt – ‘eindelijk’ zou ik willen toevoegen  ‘Welk oordeel het EHRM ook mag vellen, we gaan daarvóór al tot uitzetting over, want we hoeven de beslissing van het EHRM niet af te wachten.’

En wat zegt Gérald Darmanin nog? Hij zegt: ‘We kunnen 3.000 euro betalen, ik ben bereid die te betalen’. Maar, neem me niet kwalijk: als het legitiem is om twee Tsjetsjeense islamisten uit te zetten die Frankrijk mogelijk kunnen aanvallen, dan is het absoluut illegitiem om ermee in te stemmen om zelfs maar 3.000 euro aan het EHRM te betalen.

Dus: óf we vereffenen onze rekeningen met het EHRM, óf we stellen voor om eruit te stappen. Met betaling kunnen wij niet instemmen, want ook dat is een vorm van soumission. Natuurlijk, 3.000 euro stelt niets voor zal men mij vertellen, maar het is het concept toch? het is eigenlijk gewoon het principe. Je kunt niet van twee ruiven eten, dat gaat niet.

En telkens weer als we worden aangevallen, worden die aanvallen opgesplitst in allerlei redenen om ons aan te vallen, zonder dat men ooit de echte reden noemt. En die reden is la France, meer niet. We gaan niet elke aanval systematisch in plakjes en blokjes versnijden en elke keer zeggen ‘Oh, dit zal hierdoor gekomen zijn, en oh, dat daardoor.'

Het is haat, en de terrorist die Dominique Bernard vermoordde had de verdienste om dat ook zo te zeggen. Hij haat dit land, en dus ook zijn bewoners.

_________________

* Ministers, respectievelijk van Binnenlandse Zaken en Onderwijs. Beiden zaten al vaker in Cnews-studio's.
** Hij was in Arras (Atrecht) na de moord op Dominique Bernard door Mohammed Mogouchkov.
*** Een voetballer.

20 oktober 2023

Een indrukwekkende verklaring


Mickaëlle Paty legde voor de onderzoekscommissie van de Franse Senaat een indrukwekkende verklaring af. Zij is de zus van de drie jaar geleden door een moslim onthoofde leraar Samuel Paty, en ze droeg haar verklaring op aan Dominique Bernard, de leraar die op 13 oktober werd vermoord, eveneens door een mohammedaan.

'Toen ik deze paar woorden wilde opschrijven,' zei ze, 'verloor ik me eerst in de meanders van de politieke correctheid waarbij men, door te veel nadruk te leggen op de vorm, de grond van de zaak vergeet.'

Mickaëlle Paty denkt niet dat de moord op haar broer ergens toe heeft gediend. Als dat wel zo was geweest, ‘dan zou Dominique Bernard er misschien nog zijn geweest.’




16 oktober 2023

Een beetje geschiedenis had zeker kunnen helpen

De Fransman Thierry Breton, u kent hem misschien niet maar die man is wel degelijk EU-commissaris. Een van zijn vele opdrachten lijkt mij echter onuitvoerbaar. Ze luidt:

De EU-instrumenten versterken om desinformatie en nep-informatie online te voorkomen en tegen te gaan, met behoud van de vrijheid van meningsuiting, persvrijheid en mediapluriformiteit.

De EU heeft inderdaad op 27 oktober 2022 een Digital Service Act gepubliceerd (in een nep soort Staatsblad wellicht), en die wet werd twee weken later van kracht.

Edoch, hoe je de vrijheid van meningsuiting kunt behouden, én tegelijk uitingen ervan kunt voorkomen is een raadsel.

Overigens denken die EU-jongens en meisjes – die vaak zich Europa wanen – dat precies zij weten wat nepnieuws en desinformatie is, maar de gewone man niet.

Wat ik deze schertsdemocraten wel graag nageef is dat ze anders dan de DDR dat aanpakte toegeven dat ze officieel censuur invoeren. Maar hoe wijs en slim ze ook zijn, ze vergeten daarbij een goede raad van prins Klemens von Metternich.

Een censorenkorps moest er vanzelfsprekend zijn vond die, maar: Sogar seine Existenz sollte aus Effektivitätsgründen völlig verborgen bleiben.


14 oktober 2023

Henry Kissinger over pro-Hamasbetogingen

 Mathias Döpfner* interviewde Henry Kissinger voor Politico, na de pro-Hamasbetogingen in Berlijn. Wat Kissinger zegt over massa-immigratie klinkt heel anders dan het ‘Wir schaffen das’ van Angela Merkel in augustus 2015. Misschien kunnen ook onze politici en hun journalisten hier iets uit leren:

Ik koester geen grief tegen het Duitse volk. Vieringen over wat er is gebeurd, en wat duidelijk een soort criminele daad was, vind ik pijnlijk. En wát een grove fout om zoveel mensen met totaal verschillende culturele en religieuze opvattingen binnen te laten, want dit creëert een pressiegroep binnen elk land en dat is bedroevend.

I do not have a grievance against the German people. I find celebrations about what happened, which patently was a sort of criminal act, as painful. And what a grave mistake to let in so many people of totally different cultural and religious concepts, because it creates a pressure group inside each country and that’s sad.

_______________

* CEO van de Axel Springergroep.

13 oktober 2023

Misschien kan dit de VLD nog enige troost bieden

„Es ist unsere Pflicht, Optimist zu sein,“ meende Karl Popper, en na die 7,9% van de kiesintenties bij de jongste peiling van RTBf en Libre, doen ze er bij de VLD goed aan zijn raad plichtsbewust op te volgen. Zij moeten wijzen op de foutenmarge van 4,4%, zodat het evengoed 12,3% zou kunnen worden, en zeker niet 3,5% – wat deze bescheiden, zuinige, zelfs wat vrekkige peiling nochtans ook toelaat.

Maar nóg beter kunnen ze de grappige Jean Baudrillard lezen. Bijvoorbeeld een stukje uit Les Stratégies fatales, en peilingen dan maar laten voor wat ze zijn. Tenslotte komen er nog 77 vóór die fatale dag volgend jaar:

De wetenschap voelt er zich altijd zeker van, dat haar object van onderzoek met haarzelf onder één hoedje speelt. Onwezenlijke verstandsverbijstering! Ze onderschat de kwalijke eigenschappen van het object, de spot, de nonchalance, de gespeelde verstandhouding, alles wat het normale verloop kan ironiseren, alles wat voedsel geeft aan de basisstrategie van het object, die het mogelijk wint van die van het subject.

Zo bekeken merken we dat opiniepeilingen net het tegenovergestelde bewerken van wat ze beogen. Ze leveren showinformatie (informatie is net zoiets als de Revolutie: het volk wenst er alleen het spektakel van te zien), en bijgevolg zijn ze een aanfluiting van informatie — maar bovenal functioneren ze als een aanfluiting van de politiek en de politieke klasse.

De onbedoelde humor van opiniepeilingen (en het kwaadaardige plezier dat we aan deze 'wetenschappelijke' fantasmagorie beleven) komt hieruit voort, dat ze elke politieke geloofwaardigheid tenietdoen. Wat voor mannen zijn het ook die peilingen nodig hebben om beslissingen te nemen, voor wie tests de plaats innemen van een strategie? Elk initiatief wordt hen ontnomen, juist door de valstrik die het medium waaraan ze hun macht toevertrouwen voor hen spant. In alle media zit deze fascinerende valstrik verscholen: de politieke functie in een samenleving vernietigen ze, en zo bevredigen ze de onbewuste ironie van de massa, wier diepste impuls goed en wel blijft: de symbolische moord op de politieke klasse.



La science, par une aberration fantastique, se croit toujours assurée de la complicité de son objet! Elle sous-estime ses vices, la dérision, la désinvolture, la fausse complicité, tout ce qui peut ironiser les processus, tout ce qui alimente la stratégie originale, éventuellement victorieuse, de l’objet opposée à celle du sujet.

Si on prend les sondages dans ce sens, on voit qu’ils fonctionnent exactement à l’inverse de leur objectif prétendu. Ils fonctionnent comme spectacle de l’information (l’information, c’est comme la Révolution: le peuple n’en veut que le spectacle), donc comme dérision de l’information — mais surtout ils fonctionnent comme dérision du politique et de la classe politique.

L’humour involontaire des sondages (et le malin plaisir que nous prenons à cette fantasmagorie «scientifique») vient de ce qu’ils effacent toute crédibilité politique. Qu’est-ce que ces hommes qui ont besoin de sondages pour décider, à qui les tests tiennent lieu de stratégie? Ils sont dépossédés de toute initiative, et ce par le piège même du médium auquel ils confient leur puissance. Tous les media recèlent ce piège éblouissant: ils anéantissent la fonction politique d'une société, et satisfont ainsi à l’inconscient ironique des foules, dont la pulsion profonde reste bien le meurtre symbolique de la classe politique.

Jean Baudrillard
Les Stratégies fatales
Éditions Grasset & Fasquelle, 1983
Livre de Poche, pp. 102-103

12 oktober 2023

Een oud interview met Jean-Marie Le Pen

 De Franse journalist Pierre-Luc Séguillon interviewde vierendertig jaar geleden de baarlijke duivel Jean-Marie Le Pen voor de niet meer bestaande zender La Cinq, maar op de site van de INA is dat gesprek opnieuw te zien. Hier enkele minuten daaruit:

PLS: Ik wil even terugkomen op de kwestie van de sluier die ik daarnet noemde. Op welke manier verandert, compromitteert of schendt volgens u het dragen van de islamitische sluier – op school bedoel ik – de vrijheid van de andere leerlingen?

JMLP: Kijk, ik meen dat het probleem helemaal anders ligt. Ik meen dat de islamitische religie er nooit in geslaagd is zich vreedzaam te vestigen in een christelijk land.

PLS: De islam maakt u bang?

JMLP: Oh ja, de islam maakt me bang, ten eerste omdat hij formidabele demografische expansie, en enorme religieuze spankracht vertoont. Objectief gezien is niets hieraan verwerpelijk, maar het is wél een vreemde kracht die zich ontwikkelt en die bezield is – zoals alle krachten in expansie – door veroveringsdrang, onbewust zelfs zo u wil. En dan is het mijn plicht, als Franse publieke stem, om Frankrijk en de Fransen, de Europeanen en Europa, te beschermen tegen hegemoniale ondernemingen van buitenaf.

PLS: Van de twee religies, de twee belangrijkste religies in Frankrijk vandaag, het christendom en de islam, is er ...zijn ze gelijkwaardig? Of is volgens u de ene superieur aan de andere?

JMLP: Jazeker. Eén ervan is hier thuis, in haar eigen historische ruimte, en dat is de christelijke religie. De islamitische religie – zo heeft de geschiedenis beslist – heeft haar expansieterrein elders gehad. En wat je moet beseffen is dat deze religies heel verschillend van aard zijn, waarbij er één is die het sociale, het politieke en het religieuze op onlosmakelijke manier met elkaar verknoopt – dat is de islam – terwijl de andere deze zaken gescheiden houdt, te sterk gescheiden misschien. Maar je moet je realiseren dat het land van de islam een land is waar het islamitisch recht van toepassing is, en als je ermee instemt om de islam de uiterlijke tekenen van erkenning te geven, en Europa de status van land van de islam, dan zul je gedwongen worden om de ene na de andere concessie te doen. De ene na de andere, en met telkens weer hogere eisen, om niet alleen omgangsvormen, gewoonten en kleding op te leggen, maar ook en vooral het Burgerlijk Recht, de manier van denken. Maar wij Fransen hebben recht op onze eigen wetten en gewoonten, en als mensen naar Frankrijk komen, om welke reden ook, zijn ze allemaal verplicht om onze wetten, onze gewoonten en gebruiken te respecteren, net zoals ik dat ben als ik naar het buitenland ga.


PLS – Je reviens un instant sur cette affaire du voile que j’évoquais tout à l’heure. En quoi, à votre avis, le port du voile islamique – à l’école j’entends – altère, compromet, porte atteinte à la liberté des autres écoliers?

JMLP – Oui, je crois que ça ne se situe pas du tout sur ce plan-là. Je crois que la religion islamique est une religion qui n’a jamais réussi à s’établir de façon pacifique dans un pays chrétien.

PLS – L’islam vous fait peur?

JMLP – Ah oui, l’islam me fait peur, d’abord parce que il est en formidable expansion démographique, et en formidable tension religieuse. Et dans tout cela, rien de tout cela n’est objectivement méprisable, mais c’est une force étrangère qui se constitue et qui est animée – comme les forces en expansion – d’une volonté de conquête, même inconsciente si vous voulez. Et moi, mon devoir d’homme publique français, c’est de protéger la France et les Français, les Européens et l’Europe des tentatives hégémoniques qui viennent de l’extérieur.

PLS – Des deux religions, des deux religions actuellement principales en France, du christianisme ou de l’islam, il y en a-t-il ...et sont-elles de même valeur? Ou à votre avis il y a une qui a une supériorité sur l’autre?

JMLP – Bien sûr que oui. Il y en a une qui est chez elle ici, dans son espace historique. C’est la religion chrétienne. La religion islamique – l’histoire en a ainsi décidé – a eu sa zone d’expansion ailleurs. Et ce qu’il faut savoir, c’est que se sont des religions de nature très différentes, car il y en a une qui mêle de façon en quelque sorte inextricable le social le politique et le religieux – c’est l’islam – et l’autre où cette séparation s’est faite, peut-être même de manière excessive. Or il faut savoir que la terre d’islam, c’est une terre sur laquelle s’applique la loi de l’islam, et si vous acceptez de donner aux, aux ...à l’islam les signes extérieurs de reconnaissance de la qualité de terre d’islam en Europe, à ce moment-là vous serez contraint à, de donner l’un après l’autre, l’une après l’autre des concessions de plus en plus, à des exigences de plus en plus fortes, pour imposer non seulement les mœurs, les coutumes, le costume, mais encore et surtout: le droit civil, la façon de penser. Or nous, nous avons droit, Français, à nos lois, à nos mœurs, et si les gens viennent chez nous, quelque soit leur motivation, ils sont tous astreint, comme moi je le suis quand je vais à l’étranger, à respecter nos lois, nos mœurs et nos coutumes.


3 oktober 2023

Welgekomen stoorzenders


Na het omslaan van de laatste bladzijde van een boek beslist de lezer zelf zelden of nooit wat zijn volgende boek zal zijn – velen zullen dit merkwaardige fenomeen herkennen. Er zijn Latijnse traktaten geschreven over de vrije wil en over de ontkenning ervan, de predestinatie, en wellicht geven die werken bescheid maar de stamina om ze te lezen ontbraken me steeds weer. 

Van het ene boek komt het andere, dat weten we, maar er kunnen ook andere mechanismen in het spel zijn: soms speelt die kwestie van de al dan niet vrije wil helemaal geen rol, en word je door anderen zedelijk verplicht om een boek of een auteur te lezen.

Zo maande Jean-Pierre Rondas – een man met enig gezag – me tot de lectuur van Houellebecq, terwijl ik mij met plezier in Alexandre Dumas met zijn Musketiers aan het verdiepen was (volgens mijn principe dat een auteur een eeuw of twee-drie onder de zoden moet liggen voor ik hem lees).
Gehoorzaam las ik dus Houellebecq, en na vier boeken moet ik Rondas gelijk geven.

Bij deze onderneming werd ik trouwens stevig geholpen door een lezeres van victacausa, die met verbazing had gezien dat ik mijn eerste Houellebecq nog ter hand moest nemen. Prompt stuurde ze mij vier van zijn boeken! Ik stelde bedremmeld voor om dan minstens de portkosten voor mijn rekening te nemen, maar de lieftallige weldoenster wees dit af.

Nu dacht ik me in alle rust weer aan Dumas te kunnen wijden, maar toen kwam Benno Barnard – een man met enig gezag – de rust weer verstoren. Hij wees me op een auteur van wie ik nog nooit had gehoord: Anna Maria van Schurman, een Nederlandse tijdgenote van de Franse femmes savantes, uit de Gouden Eeuw. Haar geschrift inspireerde Mary Wollstonecraft en het echte feminisme, waar wij nu alleen nog een karikatuur van kennen.
Gelukkig is haar korte traktaat vertaald  uit het Latijn, en wel zeer levendig  en dus moet Dumas helaas weer een plaatsje opschuiven.

Anna Maria van Schurman
Verhandeling over de aanleg van vrouwen voor de wetenschap
Vertaling Renée ter Haar
Dissertatio de ingenii muliebris ad doctrinam & meliores litteras aptitudine
(Elsevier, Leiden 1641)
Inleiding Angela Roothaan
Samenstelling Jacob Bouwman
Uitgeverij Noordboek, Gorredijk, 2021

http://victacausa.blogspot.com/victacausa.blogspot.com5edf7b715d0afaa3d68201fa2d94715a304487db.html