6 juli 2009

Geen thuismatch voor Oscar

.
Het Westen en het Oosten kunnen elkaar maar moeilijk begrijpen”, zo begint Oscar van den Boogaard zijn columnpje in De Standaard vandaag, en er zit veel waarheid in die woorden.
Kipling had een dergelijke gedachte eerder. Hij formuleerde die misschien zelfs nog krachtiger en mooier met: Oh, East is East, and West is West, and never the twain shall meet, maar wij moeten bedenken dat Kipling een dichter was, en dat zelfs in halfbakken vorm een waarheid een waarheid blijft en herhaald mag worden.
Laten we eens kijken wat Oscar verder nog weet over het Oosten en het Westen:

In Europa gaan steeds meer stemmen op voor een verbod van de islamitische sluier die de vrouw van top tot teen omzwachtelt. Het zou een mobiele gevangenis zijn. Een teken van onderdrukking. Een belediging voor de waardigheid van de vrouw. Maar is een verbod niet strijdig met het principe van individuele vrijheid? En zou een gesluierde vrouw niet net zo goed kunnen menen dat het westerse ideaalbeeld van de vrouw een keurslijf is dat zij gedwongen is aan te trekken. Onder de boerka's, niqabs en sluiers beleven vrouwen misschien juist een opvallende vrijheid. Ze hoeven zich onder hun mantel van liefde in ieder geval niet te schamen voor dikke benen, brede heupen en hangtieten en ze kunnen denken wat ze willen.

Ja, omzwachtelen klinkt wat mooiig, en zeker ook maniëristischer dan gewoon inpakken of verpakken, maar daar is Oscar eenmaal ook Literator voor.
Ook mooi vind ik dat hij zijn twijfels zo eerlijk onder woorden brengt: ...misschien juist een opvallende vrijheid beleven. En dat hij de conditionalis of voorwaardelijke wijs zo vlot weet aan te wenden: de boerka zou een mobiele gevangenis zijn &c., .zelfs al gebruikt hij deze wijs enkel voor “Oosterse” vrouwen, terwijl voor  hem in de indicatief, de aantonende of stellende wijs, de Westerse vrouw wel degelijk “gedwongen is”.

Lezer!. ik zal niet heel de tekst van Oscar op deze manier bespreken, want daar is de man te langdradig en te dweperig en te slap voor, en tenslotte heeft hier op dit blog al vaak genoeg de eer gehad.
Toch nog een kleinigheid: Oscar meldt ons dat hij een interessant boek gelezen heeft, over harems, en dat daarin nog maar eens bewezen wordt hoe onnoemelijk onwetend het Westen is.
Kunstenaars als Ingres, Delacroix of Matisse mogen dan met plezier haremvrouwen geschilderd hebben, zij gaven ons toch een verkeerd beeld van dat verschijnsel.
De westerse man projecteert in de haremvrouw inschikkelijkheid en de bereidwilligheid van vrouwen om te gehoorzamen.

Hoeveel interessanter zijn niet moslimmannen!
Mannelijke moslimkunstenaars zien de haremvrouwen geheel anders en hebben hen vanaf de achtste eeuw altijd voorgesteld als ruiters op snelle paarden, gewapend met pijl en boog en gekleed in zware mantels. Vrouwen zijn voor hen zelfbewuste vechtersbazen die heel goed weten wat ze zelf verlangen.

Goed, vrouwen –verpakt of onverpakt– zijn zoals men in Gent zegt, Oscar zijne rayon nie. Al belet deze omstandigheid hem niet om ook over het vrouwelijk orgasme zijn licht te laten schijnen.
En zeker, enige afstand van het onderwerp kan bij theoretische beschouwingen geen kwaad en soms zelfs een voordeel opleveren, en over het vrouwelijke orgasme is al heel veel verteld. Zeker is het laatste woord daarover nog niet gevallen. Moeten wij bijvoorbeeld zonder meer aannemen, enkel omdat die man dichter bij zijn onderwerp stond, wat Georges Brassens daarover zong?

Quatre-vingt-quinze fois pour cent,
la femme s’emmerde en baisant.

Laten wij zeggen dat kwantificeren, zeker bij dit soort van onderwerpen, altijd een hachelijke zaak blijft. Maar Oscars gedachten hieromtrent –al worden zij nergens vulgair, of zelfs maar te precies– kunt u, bezoeker, misschien toch beter bij de auteur zelf nalezen.

Voor mij een klein minpuntje van zijn betoog is dat hij wat in mineur besluit:
Aan al deze misverstanden moet ik denken als ik gesluierde vrouwen op straat zie lopen en niet in de ogen kan kijken. Ik weet niet of ze wel zo onderdrukt, ongeëmancipeerd en ongelukkig zijn als westerlingen geneigd zijn te denken.
Zolang ze zwijgen zullen we dat in ieder geval niet weten.

Ik wil het natuurlijk niet hebben over die minuscule grammaticale onachtzaamheid van onze columnist-auteur-dichter-librettist. Op zijn uitstekende gebruik van de werkwoordsvormen wees ik al, en dan plots, aan het eind bijna ...toch nog die foute ellips, waar in één enkel zinsdeel de vrouwen tegelijk lijdend voorwerp zijn, en meewerkend voorwerp.
Te zeggen dat met een kleine toevoeging, zoals “hen niet in de ogen”, of sierlijker nog “haar niet in de ogen kan kijken”, dit probleempje zó was opgelost...
Spijtig, dat wel, maar zulke kleine smet is onbetekenend als wij de allerlaatste zin van Oscar zien. Die is zodanig grappig, dat er niet meteen iemand zal opstaan om hem te verbeteren.

4 opmerkingen:

Fatima zei

Als vrouwen content zijn, hoor je ze niet.

Marc Vanfraechem zei

Al pakken ze dan wel eens uit met een youyou toch?

A. Griffon zei

U heeft er niet aan gedacht hem te waarschuwen niet op de gesluierde vrouwen toe te stappen om te vragen wat ze zelf denken en voelen. Het zou oscar wel eens kunnen laten kennismaken met het het snelle blanke lemmet dat chaperonerende moslimmannen altijd bij zich dragen om de eer van hun vrouwen te verdedigen, en dus ook hun eer.
Dan ziet Oscar als fakir ze misschien helemaal vliegen... waarschijnlijk op een tapijt.
Toch een prachtige oosterse wereld, juist zoals de Efteling.

Marc Vanfraechem zei

Nu krijg ik, in verband met mijn opmerking over Oscars taalvastheid, nogal wat bemerkingen, ook van Germanisten, die beweren dat ik mij vergis, en dat zijn weglating van "hen", "haar" of nog "ze" helemaal in orde is.
Maar de hier al vaker aangeprezen Taalprof was, tot mijn grote opluchting, zo vriendelijk om mij gelijk te geven met mijn meewerkend voorwerp.

http://victacausa.blogspot.com/victacausa.blogspot.com5edf7b715d0afaa3d68201fa2d94715a304487db.html