31 december 2022

Joseph Ratzinger en de Vlaamse pers


Ik lees op de site van de VRT dat Peter Decroubele de vanochtend overleden Joseph Ratzinger ‘onbehouwen’ noemt. Ook deed die man volgens hem: “…weinig om bruggen te bouwen naar andere religies, integendeel. Hij schopte de moslimwereld door een Byzantijnse keizer te citeren die de islam als kwaadaardig en onmenselijk typeerde.”

De islam kun je inderdaad ook de godsdienst van de vrede noemen, en dan ben je niet onbehouwen, maar of die vlag de lading dekt is minder duidelijk.
Overigens verwijst Decroubele hier naar een academische toespraak die toen in de Vlaamse pers onopgemerkt bleef, en waarin Ratzinger zich tot wetenschappers richtte: “Glaube, Vernunft und Universität. - Erinnerungen und Reflexionen.” 
Hier op victacausa was meteen wél een gedeeltelijke vertaling te lezen van die redevoering, een stukje dat ik haalde uit Le Monde, die hiervoor blijkbaar aandacht had.
Vraag blijft natuurlijk of je in een wetenschappelijke redevoering iemand mag citeren. Decroubele denkt dat zoiets onbehouwen is, en alvast voor moslims kwetsend kan zijn.*
________
* Later en onder grote druk verontschuldigde Ratzinger zich voor zijn citaat. Volkomen ten onrechte.

17 december 2022

Wat je toen niet allemaal las in jongensboeken!

 

Bij de Olympische Spelen van 1924 in Parijs ging de gouden medaille in het voetbaltoernooi naar Uruguay. Het versloeg in de finale Zwitserland met 3-0. Kees Spierings schreef daarover De Uruguees (Den Haag, 1930 – N.V. G.B Van Goor Zonen’s U.M.), een boek dat ik als kleine jongen bijzonder spannend vond.

Ik keek het dezer dagen weer eens in, en mijn indruk is dat sommige passages nu anders verwoord zouden worden. Klik op het prentje hieronder, lezer, en dan kunt u zelf oordelen.





8 december 2022

Je kunt de lezer beter meteen verwittigen


Met een mooie eerste volzin geeft de Antwerpenaar Franciscus van den Enden,* leermeester van Spinoza, te kennen dat hem uitsluitend aandachtige lezers voor ogen staan, en geen mensen die filosofische citaatjes lezen op het web.

                                      VOOR-REEDEN

Waerde Leezer, ’t is voor alle minst, en maer eenighsins Gode en menschen zaken Kenner klaer, en waer genoegh, dat’er buiten Godt alleen, niet zonder oorzaek wort gevonden, en alzoo bevinden wy ook dagelijks, dat gelijk de eene doeningh, of werkingh oorzaek is van een ander, dat alzoo ook, niet minder, de eene gedachte wert veroorzaekt door een andre, en zoo meede door elkander, de eene werkingh oorzaek van deze gedachte, en weederom deze gedachte oorzaek van dusch een Werkingh enz. wordt bevonden.


Vrye Politijke Stellingen,
en Consideratien van Staat
Met een inleiding van dr. W. Klever
Wereldbibliotheek 1992
________
* Geboren 9 februari 1602 te Antwerpen, en gehangen in Parijs op 24 november 1674 (wegens een complot tegen de koning).

3 december 2022

Was Voltaire een feminist?


Was Voltaire een feminist? Geen eco- of neofeminist natuurlijk, een klassieke feminist? Élisabeth Badinter zegt nadrukkelijk van wel.

Veertig jaar geleden schreef zij een boek over twee achttiende-eeuwse vrouwen, Mme du Châtelet en Mme d’Épinay.
Louise d’Épinay kwam hier eerder al aan bod, want zij verzorgde samen met Denis Diderot de eindredactie van een boek van Ferdinando Galiani, Dialogues sur le Commerce des Blés. Dat boek uit 1770 ging over vrijhandel versus protectionisme, een thema dat ook nu aan de orde is. Het verscheen, prachtig uitgeven in de reeks CORPUS des ŒUVRES de PHILOSOPHIE en LANGUE FRANÇAISE van Michel Serres, bij Fayard in 1984. Onbegrijpelijk, maar een Nederlandse vertaling is er tot op heden niet.

De tweede vrouw in Badinters boek, Émilie du Châtelet, is van de generatie vóór Louise d’Épinay. Zij vertaalde en becommentarieerde Newtons Philosophiae Naturalis Principia Mathematica, en haar vertaling wordt nu nog gebruikt, want niemand deed haar dat na. Een zeer geleerde vrouw – Bernouilli, Leibniz en andere grote geesten correspondeerden met haar op gelijke voet – maar als haar naam vandaag valt is dat vaak als de minnares van Voltaire.

Wat Élisabeth Badinter beschrijft, is de strijd die deze vrouwen hebben moeten leveren, om erkend te worden in de mannenwereld:

Als men Voltaire kan omschrijven als feminist, dan is dat omdat hij door haar, en misschien dankzij haar, de vrouwen voortdurend prees. Hij zette zich af tegen Molière en was overtuigd van de intellectuele gelijkheid van beide geslachten, en zelfs van de superioriteit van het tweede. Toen hij zijn Alzire aan Mme du Châtelet opdroeg, rekende hij tegelijk af met de vrouwenhaters van de voorbije eeuw:
Nee, het is geen onfatsoen als vrouwen het wagen zich te ontwikkelen. Ja, Molière en Boileau dreven de spot met geleerde vrouwen en leken de vooroordelen van de barbarij te rechtvaardigen.
Voltaire stuurt de elegante Despréaux* terug naar zijn geliefde studies: "Tevergeefs wilde hij met zijn satire op de vrouwen een dame belachelijk maken die astronomie had geleerd; beter had hij die zelf bestudeerd.”
Voltaire besluit: "Onze tijd is er een waarin de dichter een filosoof** moet zijn, en waarin de vrouw er onverschrokken een mag zijn."

Na het prijzen van filosofische koninginnen en prinsessen, en van de verdiensten van Émilie, gaat Voltaire nog een stap verder in zijn apologie van geleerde vrouwen: "Een van de redenen waarom vrouwen die hun verstand gebruiken gewaardeerd zouden moeten worden, is dat alleen smaak hen daartoe brengt [...]. Voor ons mannen is het vaak uit ijdelheid, soms uit eigenbelang [...]. Geleerdheid is voor ons een middel om fortuin te maken..."

In zijn ogen kunnen vrouwen claimen te schitteren op alle gebieden die traditioneel voorbehouden zijn aan mannen. Toen in oktober 1736 in de Opéra Les Génies élémentaires werd opgevoerd op muziek van Mlle Duval, merkte hij op: "Als een opera van een vrouw succes heeft, zal me dat verheugen. Het bewijst [...] dat vrouwen tot alles wat wij doen in staat zijn, en dat het enige verschil tussen hen en ons is dat ze beminnelijker zijn.”

Voltaire was ook feminist door zijn respect voor vrijheden die immers niet het voorrecht van het mannelijk geslacht zijn. [...] Toen zij later filosofische standpunten innam die strijdig waren met de zijne, verdedigde Voltaire publiekelijk, zonder van mening te veranderen, het recht van Émilie om anders te denken. Hoewel hij het met haar oneens was, respecteerde hij nauwgezet haar Leibniziaanse stellingnames. Aan Dortous de Mairan, die zich hierover verbaasde, antwoordde hij: "Ik heb me daaraan gewend, net zoals ik mijn vrouw naar de woorddienst zou laten gaan als zij protestants was.”

Hieronder een vertaling van een fragment uit de bewuste tiende Satire van Boileau. Hij leidde die nog wel in met een verontschuldiging bij 'le beau sexe', omdat hij haar ondeugden zo ongenadig had geschilderd: "...la liberté que je me suis donnée de peindre ses vices.":

Ach met wat voor ijdele praatjes hou ik me bezig?
Met veel grotere, merkwaardiger thema’s
moeten terstond je geest en oog worden geboeid.
Wie biedt zich als eerste aan? Wel, het is die geleerde
die Roberval waardeert en Sauveur frequenteert.
Vanwaar haar troebele oogopslag en die vale teint?
Met de rekentabellen van Cassini, zegt men,
en een astrolabium in de hand, heeft zij
de hele nacht vanuit haar dakgoot Jupiter gevolgd.
Laten we haar niet storen. Haar wetenschap zal zich,
meen ik, vandaag met nog meer dingen bezighouden:
straks zal men bij Dalancé in haar aanwezigheid
nodig een nieuwe microscoop beproeven.
Vervolgens moet men bij Verney de dissectie zien
van het embryo van een dode vrouw.
Niets ontgaat de ogen van onze weetgierige.
Maar wie treedt nu in haar voetspoor? Het is een precieuze,
een restant van de ooit zo vermaarde geesten
die Molière met één slag kunstig onderuithaalde.

Over weetgierige vrouwen liet Molière in Les Femmes savantes
(acte Ier, scène 3) zijn personage Clitandre zeggen: Ik ben het ermee eens dat een vrouw overal inzicht in mag hebben, maar wat mij choqueert is dat driftige studeren, net om dan geleerd te zijn. En ik vind het fijn als zij op gestelde vragen, ook al kent zij het antwoord, onwetendheid voorgeeft. Vaak vind ik het wenselijk dat zij haar kennis voor zich houdt, en van dingen wel weet heeft, zonder te willen dat dit ook bekend wordt, zonder auteurs te citeren, zonder grote woorden, en zonder bij haar minste uitlating altijd gevat te willen zijn.


__________
  * Met zijn volledige naam heette hij Nicolas Boileau-Despréaux,
** Wat toen ook wetenschapper betekende.

Élisabeth Badinter
Mme du Châtelet, Mme d’Épinay
ou l’Ambition féminine au XVIIIe siècle
2e édition mise à jour, Paris, Flammarion 2006
Livre de Poche gaf het in 1983 uit met als titel
Émilie, Émilie
ou l’Ambition féminine au XVIIIe siècle

Nicolas Boileau
Satires, Épitres, Art poétique
Édition de Jean-Pierre Collinet
Éditions Gallimard 1985

1 december 2022

Een feministe van de oude stempel


Vandaag hoor je, of lees je vaak over ‘neofeministen’ en ‘ecofeministen’, maar wat die termen inhouden weet ik niet precies. Wel lijken de voorvoegselfeministen heel wat werk te verzetten: ze blijven niet bij de pakken zitten en er wordt veel lucht verplaatst. Zo ijveren zij bijvoorbeeld voor gendertoiletten en willen ze glazen plafonds afbreken en quota invoeren – toch voor de hogere beroepscategorieën. Verder heb je nog de hoofddoeken die zij hier wél willen zien, maar in Iran weer niet enzovoort.

Duidelijk is dat ze met hun oudere zusters, de prefixloze feministen, niet veel ophebben. Die hielden zich ook met heel andere zaken bezig, en recent nog liet in Frankrijk de linkse filosofe Sylviane Agacinski weten dat de hoofddoek een politiek wapen is van de islam. 
Erger nog: eerder al had zij bedenkingen bij zogenaamde ‘geslachtsveranderingen’, noemde zij de term hétérosexuel kunstmatig, vond ze dat homokoppels geen kinderen konden adopteren en dat draagmoederschap onethisch was. Daarbij komt dat zij voor zichzelf het recht opeist om te verleiden en verleid te worden, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming.

Hieronder de vertaling van enkele passages uit een artikel van haar hand in Le Monde, vijftien jaar geleden:

Men lijkt niet te merken dat de aanspraak op een "homohuwelijk" of op "homo-ouderschap" alleen kon worden geformuleerd uitgaand van de constructie, of het verzinnen van rechtssubjecten die nooit hebben bestaan: de "heteroseksuelen". Pas doordat men deze illusoire klasse van subjecten als echt bestaand is gaan beschouwen, kon de kwestie van gelijke rechten tussen "homoseksuelen en heteroseksuelen" aan de orde komen. Maar het blijft een fictie, want niet de seksualiteit van individuen vormde ooit de grondslag voor huwelijk of verwantschap, maar in de eerste plaats het geslacht, dus het antropologische verschil tussen mannen en vrouwen.

Kortom, als de menselijke ordening, sociaal en symbolisch, aan individuen een dubbele afstamming geeft, mannelijk en vrouwelijk, dan is dat niet vanwege de gevoelens die ouders aan elkaar kunnen binden, de verlangens die hen bezielen of de genoegens die zij elkaar schenken, maar vanwege de seksuele bepaaldheid van het menselijk bestaan, en de dubbele afstamming van elke nakomeling, het model dus dat de cultuur tot nu toe heeft willen behouden.

Vraag is dus of het instituut van huwelijk en afstamming de lijn moet blijven volgen die elke persoon onderbrengt in een menselijke ordening die zelf seksueel is, dan wel of we wensen te breken met het model dat afstamming en voortplanting regelt, en het verschil tussen de geslachten en tussen de generaties bewaart.
Laten we daaraan toevoegen dat erkenning van het huwelijk tussen personen van gelijk geslacht onvermijdelijk een recht op gezamenlijke adoptie, of zelfs op geassisteerde voortplanting zou openen. In dat geval zou de maatschappij ertoe komen om medisch begeleide voortplanting voor vrouwelijke paren (donorinseminatie), maar ook voor mannelijke paren toe te staan of zelfs zich ermee te belasten, en dan zou de legalisering van draagmoederschap juist in naam van de gelijkheid van paren zich proberen op te dringen.

Begrijpelijk dat woke neofeministen haar het spreekrecht in universiteiten 
willen ontzeggen.

http://victacausa.blogspot.com/victacausa.blogspot.com5edf7b715d0afaa3d68201fa2d94715a304487db.html