.
Met de beslissing om haar mandaat als parlementslid op te geven en naar de Verenigde Staten te emigreren, heeft Ayaan Hirsi Ali aan Nederland, haar thuis sinds 14 jaar, een laatste dienst bewezen. Daardoor bespaart de van geboorte Somalische voorvechtster der vrouwenrechten dat land een wellicht pijnlijk en heftig debat over, nog maar eens de immigratiepolitiek. Zo komt zij op grootmoedige en loyale wijze aan haar critici tegemoet, want opnieuw brengt zij een persoonlijk offer. Mogelijk wordt haar zelfs het staatsburgerschap ontnomen.[*] Het deed haar veel pijn zei ze, dat zij zich alweer op vlucht bevond.
De beslissing van Hirsi Ali is consequent, en was zo goed als onvermijdelijk. Toch werpt zij een licht op problemen die de kern van het asiel- en immigratiedebat raken – niet enkel in Nederland, maar overal in Europa. Uiteindelijk gaat het om de vraag of er met asielzoekers en kandidaat-immigranten op een gedifferentieerde manier, al naar het specifieke geval dus, moet worden omgegaan of niet. Of platter uitgedrukt: zijn er goede en slechte inwijkelingen?
Gemeten aan de verdiensten die Hirsi Ali zich in Nederland verworven had lijken de omstandigheden waarin zij de politieke tribune verlaat om het zacht te zeggen niet netjes.
Er wordt haar nu een strop omgelegd vanwege de niet helemaal duidelijke verklaringen die zij toentertijd bij haar asielaanvraag zou hebben gegeven. In Kenia was zij al in een veilig gastland, wordt haar nu voorgeworpen, en haar verklaringen over een dwanghuwelijk met een verwante zouden evenmin loepzuiver zijn.
Wat dan nog? Beslissend is de omstandigheid dat dwanghuwelijken voornamelijk in de moslimwereld een realiteit zijn, niet in het laatst ook in Nederland. Als men bovendien in overweging neemt onder welke, vaak dubieuze omstandigheden duizenden immigranten in Nederland onderkomen vinden, hoe weinig zij zich daarna assimileren, en hoe schoorvoetend zij zich met de wetten en gebruiken van hun gastland verstaan, dan moet nu, na het vertrek van Hirsi Ali, minstens de vraag een antwoord krijgen hoe men in de toekomst soortgelijke verbreide fouten en misbruiken wil verhinderen.
Dat heeft Hirsi Ali met grote hardnekkigheid gepoogd te bereiken. Zij heeft Nederland gewekt en wakker geschud, de multiculti-leugen ontmaskerd en de talloze goedmenenden een spiegel voorgehouden. Of zijzelf al dan niet aan een dwanghuwelijk ten offer viel is secundair. Het enige dat telt is dat zij wist waarover zij het had. De heftige reacties op de film die zij met de regisseur Theo van Gogh draaide hebben dat duidelijk aangetoond. Voor zijn moed boette van Gogh met zijn leven. Voor haar engagement temidden van de tevredenen en de zelfgenoegzamen mocht echter Hirsi Ali, het parlementslid, proeven van de gevolgen op termijn. Hopen vijanden maakte zij zich, en midden in een democratie leefde zij ondergronds.
De moslims en islamisten had zij nog aangekund, die de schande niet verdroegen bekritiseerd te worden door een vrouw die daarbij als moslim geboren was. Erger waren de politieke tegenstanders, opportunisten en rustbehoevende buren, die zij meer en meer tot last werd. Met een resem klachten en rechtszaken hebben die haar nu op de knieën gedwongen en haar ook binnen haar eigen (liberale) partij allengs in isolement gedreven.
Nu vertrekt dus Ayaan Hirsi Ali. Zij gaat naar de VS, waar haar nauwelijks iets in de weg zal worden gelegd vanwege een wellicht niet ondergaan dwanghuwelijk.
De Moorse heeft haar plicht volbracht. Zonde. De jonge Somalische had Nederland nog diensten kunnen bewijzen.
[*] Dat is intussen, niet met bekwame spoed maar wel met verbluffende snelheid gebeurd, waarmee Rita Verdonk bewijst dat zoiets kàn binnen haar discretionaire bevoegdheid, en dat zal niet iedereen verblijden. In de handelwijze van de minister zit natuurlijk wel een bepaalde logica. Misschien zelfs een onvermijdelijkheid, maar het blijft aanstootgevend dat feiten die al lang bekend waren, plots – na gemeenteraadsverkiezingen die voor de socialisten gunstig uitvielen, en vlak voor de VLD-voorzittersverkiezing zou ik er willen aan toevoegen, en 48 uur na een TV-programma van de VARA – worden bovengehaald door een minister die daarbij net doet alsof zij als enige er geen weet van had. Dat is een grond om de vervallenverklaring aan te vechten zou ik denken.
Zowat alle buitenlandse kranten zijn keihard voor Nederland. Ook de spot van
Die Welt is niet mis:
“Voor de Nederlandse consensusmaatschappij is een icoon als Ayaan Hirsi Ali een voortdurende provocatie, een doorn in het vlees. Een zendelinge als Hirsi Ali houdt zich niet bezig met detailvragen of met het zien van positieve tendensen, maar zij wil met de kop door de muur. ‘Ik ben werkelijk niet bezeten, maar ik wil deze kans benutten, dit tijdvenster dat ik heb.’ Nederland heeft dat venster nu met een klap dichtgegooid – met kleingeestige formalistische argumenten, want zij had bij haar inwijking ‘vals gespeeld’. Zo kan een land zichzelf demonteren.”bij monde van correspondent Magnus Linklater, laat zich evenmin onbetuigd:
"Mevrouw Hirsi Ali’s doordringende analyse van de religie en samenleving in moslimlanden verdient een antwoord, en geen miskenning. Hier gaat het niet om een roman met een satire over de Profeet, of over enkele beledigende cartoons; wat zij brengt is een volgehouden en klaarziende kritiek van de Islam, van iemand die er de beperkingen van heeft ondervonden en die gelooft dat er goede gronden zijn voor een aanklacht ertegen. Een land dat zich van zulke zienswijze afkeert geeft te kennen dat het niet enkel onliberaal is, maar dat het zijn vertrouwen heeft verloren in de veerkracht van zijn eigen democratie."o-o-o-o-o
'
Deze affaire is een schande voor ons land en voor heel Europa. Voltaire en Erasmus draaien zich om in hun graf ', zegt woedend Afshin Ellian, professor Rechtsfilosofie aan de Leidse Universiteit. Ook hij wordt door moslims bedreigd, en zal zich door de Nederlandse Staat in de steek gelaten voelen.
o-o-o-o-o
Wat denk ik als Vlaming, ook een soort Nederlander toch, over deze affaire? Ten eerste denk ik dat er in Nederland op zijn minst een debat bestaat over échte dingen, wat wij hier niet gewend zijn, en ten tweede denk ik dat aan Ayaan Hirsi Ali enkel en alleen al om haar
koninklijke Nederlands een soort van ereburgerschap zou moeten worden aangeboden, naast haar gewone Staatsburgerschap dat haar vanzelfsprekend niet kan ontnomen worden.
.