Wetenschappelijke beschouwingen bij de G1000
Een tijdlang werd het aantal deelnemers aan de G1000 op zevenhonderd
en acht geschat, maar na een hertelling in alle rust (ik vermoed door David zelf,
of anders door Francesca, of bij voorkeur achtereenvolgens door hen beiden)
bleken ze maar met zijn zevenhonderd en vieren te zijn.
Nu is, alles wel bekeken, zevenhonderd en vier een mooier getal dan die zevenhonderd
en acht, want zevenhonderd en vier laat zich netjes schrijven als twee tot
de zesde macht, vermenigvuldigd met elf, en dat laatste blijft een klein, hanteerbaar
getal. Dat is niet zo met zevenhonderd en acht.
Zoals wij zullen zien, komt deze mathematische toevalligheid
de democratische gedachtewisseling zeer ten goede.
Vergeten we niet dat het hier gaat om zevenhonderd en vier uiterst toevallig gekozen, en dus volkomen gelijkwaardige individuen, die elk ook een gelijke zeg in het debat moeten krijgen. Hen aan rechthoekige tafels zetten is uitgesloten, niet enkel omdat het priemgetal elf zich hiertegen verzet, maar vooral omdat er aan een rechthoekige tafel als het ware automatisch een soort hiërarchie ontstaat. Ik neem aan dat David en Francesca zich hiervan bewust zijn geweest.
Natuurlijk zullen zij twee tot de zesde tafels hebben gehuurd, zijnde vierenzestig in totaal. Ik mag hopen dat het er tweeëndertig witte en tweeëndertig zwarte waren, want die laten zich bijzonder mooi opstellen in een schaakbordpatroon van acht bij acht.
Te vrezen valt echter dat men voor ronde tafels zal hebben gekozen, omdat die goedkoper te huren zijn dan hendekagonale, of elfhoekige tafels zoals men ook wel zegt, al was de hendekagonale oplossing zeker verkieslijk geweest, want aan een ronde tafel kan om het even welke assertieve tafelgenoot meer plaats innemen dan hem toekomt en een timide buur wegdrukken. Aan een elfhoekige tafel zijn zulke misstanden uitgesloten.
Maar bij een organisatie als de G704 moet er op de kleintjes worden gelet, want veel steun van overheidswege was er niet, en goede hendekagonale tafels zie je niet vaak, en ze zélf maken kan bovendien enkel bij benadering. Met passer en liniaal lukt het nooit helemaal. Er ontstaat altijd een kleine fout die weliswaar verborgen blijft voor het menselijk oog, maar aan foutenmarges hebben David en Francesca een hekel, wat begrijpelijk is.
Maar bij een organisatie als de G704 moet er op de kleintjes worden gelet, want veel steun van overheidswege was er niet, en goede hendekagonale tafels zie je niet vaak, en ze zélf maken kan bovendien enkel bij benadering. Met passer en liniaal lukt het nooit helemaal. Er ontstaat altijd een kleine fout die weliswaar verborgen blijft voor het menselijk oog, maar aan foutenmarges hebben David en Francesca een hekel, wat begrijpelijk is.
9 opmerkingen:
voor iemand zegt dat "endekagonaal" eigenlijk met een c moet, wil ik opmerken dat er geen reden is om de Griekse kappa als c te schrijven.
Hoe ze daar precies opgesteld waren weet ik niet. Maar de theorie van zoveel tot de zesde maal elf, dat is toch ook ,iet toevallig. Elf, het getal van de voetbalploeg is namelijk niet toevallig (iemand zal die uitleg wel kennen). Het schijnt bamelijk de best functionerende ploegsamenstelling te zijn. Wij hadden ooit een chef die werkgroepen om die reden altijd uit elf individuen samenstelde. En nu gij weer....
Uw chef moet een verstandige man zijn geweest Rafsina.
De benaderende constructie met passer en liniaal is hier te vinden.
Dat van die c of k is inderdaad vrije keuze, tenzij je voor de klas staat. Dan moet het nu weer met een c.
Maar ik denk wel dat het hendecagonaal moet zijn.
Inderdaad Marjorie, ik had toch beter die spiritus asper uitgeschreven als h, want ik zie nu dat van Dale (die "hendekagon" niet kent) wél "hendekasyllabe" schrijft.
...en blijkbaar is die c dan toch een k :-)
Er is geen enkele reden om, zovele eeuwen na Simon Stevin, geleerde Griekse namen te gebruiken voor iets wat in het Nederlands kan en dan vanzelf duidelijk wordt. Ik heb het altijd over "vijfhoek", "twaalfvlak", "twintigvlak", "zevenhoek" en "negenhoek". Geleerddoeners trappen graag in de valstrik van de "iso-caëder" (die niet bestaat, in tegenstelling tot de "icosa-eder"). In het Engels gebruik ik knarsetandend de Griekse benamingen wel, maar zij hebben natuurlijk geen tegenhanger van Simon Stevin.
Beste Chris Impens, ik zie uw reactie nu pas, en ik kan er begrip voor opbrengen, maar een geleerde Griekse term klinkt in dit stukje grappiger dan het droge 'elfhoek', zeker als we de enorme, zij het lachwekkende intellectuele aanspraken van dhr. Van Reybrouck in aanmerking nemen. Eerder had ik verwacht dat u het op prijs zou stellen dat een wiskundige leek 704 in zijn priemfactoren heeft ontbonden :-)
Een reactie posten