Zijn rijke mensen te benijden?
Laatst had ik het hier over de prachtige vertaling die Piet Gerbrandy maakte van Boëthius’ De Consolatione Philosophiae. In zijn inleiding zag Gerbrandy een vergelijking die mij intrigeerde, namelijk structurele gelijkenissen tussen De Consolatione, en A Confederacy of Dunces, van John Kennedy Toole.
Dat laatste boek verscheen in 1980 en ik las het een paar jaar later, op aandringen van een vriend die de hedendaagse literatuur nogal opvolgt. Een geweldig boek vond ik, en dus wilde ik het weer eens inkijken. Dat is me niet gelukt.
Hiernaast ziet u de Penguinuitgave, maar het staat me vaag voor de geest dat ik destijds een Amerikaanse pocket las. Ik weet met andere woorden niet meer hoe mijn exemplaar eruitzag, en geen wonder dus dat ik het niet meer kan vinden.
Ik heb het zoeken opgegeven. Corona of niet, je kunt je tijd niet blijven spenderen aan een misschien vruchteloze jacht. Misschien stuit ik er ooit op terwijl ik een ander boek zoek.
Maar om op de vraag van de titel te komen: uitzonderingen zullen er altijd zijn, maar algemeen gesproken kun je ze met ja beantwoorden. Een rijk man kan bijvoorbeeld tegen zijn butler zeggen: 'Jeeves, geef me dat boekje eens ...met Drones of Dunces of wat was het alweer in de titel.'
(Social distancing blijft vanzelfsprekend aan de orde, en ook dokter Van Ranst zal hier goedkeurend knikken)
Die mogelijkheid heb ik niet, maar als ik mijn boeken iets ordelijker had gerangschikt had ik die ook niet nodig gehad. Aan dat rangschikken wens ik nu niet meer aan te beginnen, en de meeste boeken vind ik ook makkelijk omdat ik ongeveer, of zelfs zeker weet hoe hun rug eruitziet, de kleur, of hoe groot ze zijn, of hoe dik.
Laten wij daarom een heel rijk iemand beklagen, de auteur en historicus André Maurois (Émile Salomon Wilhelm Herzog, 1885-1967). Ik ben zijn schitterende essay over Voltaire aan het herlezen – tenminste de bladzijden waar ik streepjes in de marge heb gezet.
Maar zoals u hiernaast kunt zien: bij hem zijn alle ruggen gelijk.
Laten we hopen (en de kans is groot) dat de man een bediende had die de boeken die hij zo mooi had laten inbinden voor hem uitzocht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten