Over papiersnippers en toeristen
Ik vermoed dat elke Vlaming al eens een pakje uit China toegezonden
kreeg, en wat daarbij opvalt is dat de bestelde waar altijd zo goed ingeduffeld is.
Je hebt iets heel kleins besteld, maar dat maakt niet uit: het afgeleverde pak
is groot. Er zitten luchtballonnetjes bij, of piepschuim of verfrommeld papier.
Zo komen de waren zonder kreuken aan bij de klant, en die is altijd blijer met
een groot pak dan met een kleintje weten de Chinezen.
Ik meen dat zij hiervoor hun inspiratie bij Stendhal hebben
gehaald.
Stendhal, toen Parijzenaar, scheef een prachtig reisverslag (Mémoires
d’un touriste, 1838)* van een tocht door Frankrijk, door la province
dus, en hij was het die op dat idee is gekomen:
Een geestige vrouw die ik ken gaat van Nevers naar
Orléans, een van haar reiskoffers zit maar halfvol; ze vreest dat het
linnengoed dat ze erin geschikt heeft door het schokken verknoeid raakt. Ik doe de lumineuze suggestie papiersnippers te laten halen bij de inpakker om de hoek.
– 'Ho maar', zegt de echtgenoot me, 'dan maken ze ons
belachelijk in Orléans. Wat krijgen we nu, zullen ze zeggen, die hebben niet
uitgerekend hoeveel koffers ze nodig hadden voor wat ze wilden vervoeren, en
voilà, ze brengen ons hier papiersnippers in Orléans!'
_________
* Het woord ‘touriste’ (tourist, Engels) was toen
nog geen geaccepteerd Frans. Prosper Mérimée, een vriend van Stendhal, had het
wel al eens gebruikt in een brief, maar met de titel van dit werk verleende Stendhal
het bestaansrecht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten