21 november 2025

Hoe schrijf je nog, als Keizerin Ursula haar zinnetje weet door te drijven?

 Heinrich Heine geeft een voorbeeld. Censoren zijn gelukkig te dom om op te merken wat er precies verteld wordt.


Binnenkort krijgen we hier ook 
de Memoiren van Byron, die echter naar men zegt meer gemoedsschilderingen dan actie bevatten, net als zijn toneelstukken. In het voorwoord bij zijn drie nieuwe toneelstukken staan hoogst merkwaardige dingen over onze tijd, en over de stof voor revolutie die deze in zich draagt. 
Men blijft maar zeuren over de goddeloosheid van zijn gedichten, en de gelauwerde dichter Southey in Londen noemt Byron en zijn geestverwanten “de satanische school.”* Maar Childe Harold hanteert de giftige zweep geweldig en kastijdt de arme laureaat.**
— Een andere autobiografie wekt hier veel belangstelling. Het zijn de “
Memoires van Jakob Casanova de Seingalt”, die Brockhaus in een Duitse vertaling uitgeeft. Het Franse origineel is nog niet gedrukt en er hangt nog een donkere waas over het lot van het manuscript.*** Aan de authenticiteit ervan mag geen twijfel bestaan.
Het Fragment sur Casanova in de werken van prins Charles de Ligne is een geloofwaardig bewijs, en aan het boek zelf zie je meteen dat het niet verzonnen is. Ik zou het mijn geliefde niet aanraden, maar wel al mijn vrienden. Italiaanse sensualiteit ademt ons vanuit dit boek tegemoet. De held ervan is een levenslustige, krachtige Venetiaan die door iedereen vervolgd wordt, alle landen doorkruist, in nauw contact komt met de meest vooraanstaande mannen en in nog nauwer contact met de vrouwen. Er staat geen enkele regel in dit boek die overeenstemt met mijn gevoelens, maar ook geen enkele regel die ik niet met plezier heb gelezen. 
Het tweede deel zou al uit zijn, maar het is hier nog niet verkrijgbaar, omdat naar ik heb gehoord de censuur bij de
uitgeverij Brockhaus sinds gisteren weer van kracht is. Op dit ogenblik verschijnt hier weinig goed literair werk.

Nachlese. Briefe aus Berlin [1822]
in: Heinrich Heines sämtliche Werke
herausgegeben von Prof. Dr. Ernst Elster
Kritisch durchgesehene und erläuterte Ausgabe
Meyers Klassiker-Ausgaben
Leipzig und Wien, 1893, siebenter Band, SS. 593-4
____________
    * Hij had geschreven dat Byron en the Satanic School immoreel waren, en gevaarlijk. Byron antwoordde: “I wish he would explain his explanation”, wat een gevleugeld woord is geworden. Verder noemde hij de Poet Laureate “a poetaster, pompous, sanctimonious, and talentless”, rijmelaar, pompeus, schijnheilig en talentloos. Southey schreef naast gedichten en biografieën ook een sprookje (naar een volksvertelling): Goldilocks and the three bears.
  ** Southey had de zweep een uitvinding van de duivel genoemd.
*** De Duitse vertaling waar Heine naar verwijst, was een sterk opgeschoonde versie van het manuscript. Ernstige Franse uitgaven kwamen er pas anderhalve eeuw later.

Geen opmerkingen:

http://victacausa.blogspot.com/victacausa.blogspot.com5edf7b715d0afaa3d68201fa2d94715a304487db.html